SLO Syllabus 4b4

1 / 19
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Opdrachten
Maak uit paragraaf 1.5 opdrachten 1 en 2

Slide 3 - Slide

Opdracht 1a
1 a Voorbeelden van juiste antwoorden:
  – Op lokaal niveau hebben kleine boeren te weinig kapitaal om te investeren in een hogere productiviteit.
  – Op regionaal niveau zorgt de slechte infrastructuur voor hogere prijzen voor kunstmest en zaaigoed, waardoor de opbrengsten lager zijn.

Slide 4 - Slide

Opdracht 1b, c
1b Door armoede is het moeilijk voor boeren om hun grond duurzaam te bewerken. Dit leidt bijvoorbeeld tot erosie en verzilting.
 c Doordat de productiviteit in de landbouw laag is, vullen mensen hun inkomen aan met informele arbeid. Maar omdat informele arbeid geen belastinginkomsten oplevert, missen overheden inkomsten waarmee ze de productiviteit in de landbouw zouden kunnen stimuleren.

Slide 5 - Slide

Opdracht 2a
2 a De meeste perifere landen liggen in Afrika, de overige vooral in Zuidoost-Azië. Op het gebied van kunstmest- en tractorgebruik liggen deze gebieden achter op de semiperifere regio’s. Daarnaast past Afrika duidelijk het minst irrigatie toe. Zuidoost-Azië scoort op dit punt beter, maar dat heeft vooral met het tropische klimaat te maken.
 

Slide 6 - Slide

Opdracht 2b, c
2b In de jaren zestig van de vorige eeuw waren veel landen in Afrika nog koloniën. Het tractorgebruik was in handen van de overheersers.
 c Nee, want het gebruik van kunstmest kan vooral in handen zijn van grootgrondbezitters.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Opdrachten
Maak opdracht 3

Slide 9 - Slide

Opdracht 3a, b
3 a In de grafiek is te zien dat in (semi)perifere regio’s vrouwen veel minder landbezit hebben dan mannen. Hieruit blijkt een sterk sociaaleconomisch verschil tussen mannen en vrouwen in deze regio’s.
 b Vrouwen verrichten gemiddeld het meeste werk op het land, maar ze hebben weinig landrechten en daarmee bijvoorbeeld ook weinig toegang tot krediet. Dit gaat ten koste van hun productiviteit.
 

Slide 10 - Slide

Opdracht 3c
3c Als vrouwen hoger opgeleid zijn, zijn ze al wat ouder als ze van school komen. Ze beginnen daardoor later aan kinderen. Ook doen ze door hun opleiding meer kennis op van zaken als geboortebeperking en vrouwenrechten. Ze worden daardoor mondiger. Bovendien zorgt een hoger opleidingsniveau voor meer kansen op de arbeidsmarkt. Bij een hoger inkomen kiezen mensen voor minder kinderen, omdat kinderen dan minder belangrijk zijn om aan het gezinsinkomen bij te dragen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Opdrachten
Maak opdrachten 4 en 5 uit paragraaf 1.5

Slide 14 - Slide

Opdracht 4a
4 a − Door corruptie heeft de (politieke) elite van een land de beste grond in bezit, maar zij gebruikt deze grond meestal voor handelsgewassen.
  − Corruptie op een lager niveau kost de bevolking veel geld, met name doordat ambtenaren onrechtmatig geldbedragen van mensen eisen. Dit geld kunnen ze niet gebruiken voor het produceren van voedsel.

Slide 15 - Slide

Opdracht 4b
4b Door conflicten zijn er wereldwijd vele miljoenen ontheemden. Deze mensen hebben huis en haard moeten verlaten en kunnen daardoor geen voedsel verbouwen en vaak ook geen geld verdienen om voedsel te kopen. Bovendien wordt in gebieden waar gevochten wordt weinig tot geen voedsel verbouwd.

Slide 16 - Slide

Opdracht 4c
4c Deze stelling is juist: in landen met een hoge welvaart hebben ook de groepen met een lagere sociaaleconomische status nog altijd een redelijk inkomen. Dankzij de hoge welvaart zijn er bovendien sociale voorzieningen en een goede gezondheidszorg. Hierdoor zijn mensen minder snel ontevreden en ontstaan minder snel conflicten.

Slide 17 - Slide

Opdracht 5
5 a Door honger is de lichamelijke gesteldheid van mensen slecht. Hierdoor is hun productiviteit laag, wat leidt tot een laag inkomen.
 b De sociaal zwakkeren lopen de meeste kans op armoede, bijvoorbeeld omdat ze minder toegang hebben tot grond, onderwijs en kredieten. Hierdoor hebben ze bijna geen mogelijkheden om uit deze vicieuze cirkels te komen.
 c B

Slide 18 - Slide

Huiswerk
  • Noteer in je online schrift de nieuwgeleerde begrippen en hun betekenis
  • Noteer in je online schrift  een korte samenvatting met de belangrijkste punten van deze les.

Slide 19 - Slide