eindquiz spelling en formuleren

Eindquiz taalverzorging
dertig vragen over: 
werkwoordspelling
algemene spelling
formuleerfouten
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Eindquiz taalverzorging
dertig vragen over: 
werkwoordspelling
algemene spelling
formuleerfouten

Slide 1 - Slide

verwijswoorden (1):
vul de onderstaande zin aan met het juiste verwijswoord

Het openluchtbad is de hele zomer gesloten, omdat ... gerenoveerd moet worden.
A
hij
B
zij
C
het

Slide 2 - Quiz

verwijswoorden (2):
vul de onderstaande zin aan met het juiste verwijswoord

Nu die mooie klassieke radio het niet meer doet, moet ik .... laten repareren.
A
hem
B
haar
C
het

Slide 3 - Quiz

verwijswoorden (3):
vul de onderstaande zin aan met het juiste verwijswoord

Als de onderzoekscommissie belastende uitspraken doet, kan alleen de rechter ... het zwijgen opleggen.
A
hem
B
haar
C
het
D
ze

Slide 4 - Quiz

verwijswoorden (4):
vul de onderstaande zin aan met het juiste verwijswoord

Nu de oude mensen niet meer voor zichzelf kunnen zorgen, bereidt Tafeltje Dekje elke dag de maaltijd voor .... .
A
ze
B
hen
C
hun

Slide 5 - Quiz

verwijswoorden (5):
vul de onderstaande zin aan met de juiste verwijswoorden

Ik had totaal niet verwacht dat ... zo snel .... verkering zouden uitmaken.

Slide 6 - Open question

verwijswoorden (6):
vul de onderstaande zin aan met het juiste verwijswoord

In een concern ... zoveel vestigingen in het buitenland heeft, moet de voertaal wel Engels zijn.
A
die
B
dat
C
wat

Slide 7 - Quiz

verwijswoorden (7):
vul de onderstaande zin aan met de juiste verwijswoorden

Veel mensen zijn blij met een goede vriend of vriendin ... ze alles kunnen vertellen ... hen dwarszit.


A
waaraan, wat
B
waaraan, dat
C
aan wie, wat
D
aan wie, dat

Slide 8 - Quiz

De volgende zin is fout. Wat voor soort fout is er gemaakt?

Waarschijnlijk zullen er vandaag vooral in het zuiden vermoedelijk opklaringen voorkomen, maar in het noorden is de mist hardnekkig.
A
Incongruentie
B
Foutieve samentrekking
C
Foutieve beknopte bijzin
D
Dubbelop fout

Slide 9 - Quiz

De volgende zin is fout. Wat voor soort fout is er gemaakt?

Zowel de regering als de oppositie zijn inmiddels van mening dat er stengere straffen moeten staan op belastingontduiking.
A
Incongruentie
B
Foutieve samentrekking
C
Foutieve beknopte bijzin
D
Dubbelop fout

Slide 10 - Quiz

De volgende zin is fout. Wat voor soort fout is er gemaakt?

De pinksterdagen beloven heel zonnig te worden en gaan we dus maar eens doorbrengen aan de kust.
A
Incongruentie
B
Foutieve samentrekking
C
Foutieve beknopte bijzin
D
Dubbelop fout

Slide 11 - Quiz

De volgende zin is fout. Wat voor soort fout is er gemaakt?

Zwoegend op de moeilijke toets ging de tijd een stuk sneller voorbij dan de leerlingen dachten.
A
Incongruentie
B
Foutieve samentrekking
C
Foutieve beknopte bijzin
D
Dubbelop fout

Slide 12 - Quiz

Werkwoordspelling. Vul de zin aan:

.... (vinden) je het vervelend dat je ouders naar Spanje .... (emigreren) zijn?

Slide 13 - Open question

Werkwoordspelling. Vul de zin aan:

Nu de kerst ... (naderen), zijn de dagen van deze ... (vetmesten) kalkoenen ... (tellen).

Slide 14 - Open question

Werkwoordspelling. Vul de zin aan:

... (worden) je zus later arts of ... (liggen) haar hart niet in de zorg?

Slide 15 - Open question

Werkwoordspelling. Vul de zin aan:

Karima is .... (verbazen) of alles wat jij over haar ... (beweren).

Slide 16 - Open question

overige spelling

Wat is de juiste spelling?

A
niveaus
B
niveau's

Slide 17 - Quiz


Het meervoud van medicus is....
A
medicussen
B
medica
C
medici
D
mag allemaal

Slide 18 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
display's
B
displays

Slide 19 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
fotograven
B
fotografen

Slide 20 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
stoelendans
B
stoeledans

Slide 21 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
apetrots
B
apentrots

Slide 22 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
gedachtespinsel
B
gedachtenspinsel

Slide 23 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
roestvrij stalen pannen
B
roetsvrijstalen pannen
C
roest vrij stalen pannen

Slide 24 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
spoedeisendehulp
B
spoedeisende hulp
C
spoed eisende hulp

Slide 25 - Quiz

Welke vorm past het best in de zin?

De meeste(n) leerlingen hadden het examen goed gemaakt, maar helaas zijn er enkele(n) gezakt.
A
meeste, enkele
B
meesten, enkele
C
meeste, enkelen
D
meesten, enkelen

Slide 26 - Quiz

Welke vorm past het best in de zin?

Van de beren waren er enkele(n) ondervoed en andere(n) waren lichtgewond.
A
enkelen, anderen
B
enkelen, andere
C
enkele, anderen
D
enkele, andere

Slide 27 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
gewelddadig
B
geweldadig

Slide 28 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
gezamelijk
B
gezamenlijk

Slide 29 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
millimeter
B
milimeter

Slide 30 - Quiz

Wat is de juiste spelling?
A
daarintegen
B
daarentegen

Slide 31 - Quiz