Formuleren herhaling week 19

Formuleren herhaling week 19
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Formuleren herhaling week 19

Slide 1 - Slide

Voor in de agenda
formuleren: toets op 1 juni '23
boekenlijst: definitieve leeslijst op 16 juni '23
leesvaardigheid: toets in CT-week juli '23

Slide 2 - Slide

komende weken
Vandaag: herhaling formuleren
dinsdag 16 mei: formuleren (blokuur) --> gedifferentieerd
dinsdag 23 mei: formuleren (blokuur) --> gedifferentieerd
vrijdag 26 mei: formuleren 

slechts 6 lesuren

Slide 3 - Slide

Correct formuleren

1. dubbelop
2. fouten met verwijswoorden
3. incongruentie
4. dat/als-constructie
5. foutieve samentrekking
6. foutieve beknopte bijzin
7. zinnen onjuist begrenzen
8. onjuiste inversie
9. geen symmetrie
Aantrekkelijk formuleren

10. uitdrukkingen
11. beeldspraak
12. stijlfiguren

Slide 4 - Slide


In welke zin staat een FOUT?
A
De bus waarmee we naar Parijs reisden, was comfortabel.
B
De collega met wie u een afspraak heeft, is helaas ziek.
C
Alles dat ik wil, is een lange vakantie.
D
Ik geef hun een kopje koffie.

Slide 5 - Quiz

In welke zin is sprake incongruentie?
A
De nieuwe leden werden gevraagd de contributie steeds voor het einde van de maand te betalen.
B
Pieter studeert nu veel langer, maar de nieuwe studie bevalt hem echter beter.
C
Na het sporten kwam Jette achter de ontdekking dat haar fiets gestolen was.
D
Aan de goede bedoelingen van zijn docent heeft mijn broer lang aan getwijfeld.

Slide 6 - Quiz

In welke zin is sprake van een foutieve samentrekking?
A
Deze man is depressief omdat hij door herinneringen uit het verleden wordt gekweld.
B
Het beste dat je kunt doen met die lelijke wond is naar de dokter gaan.
C
De nieuwe leden werden gevraagd de contributie steeds voor het einde van de maand te betalen.
D
Tijdens het gala werd Peter tot beste coach en Marijke en Petra tot meest sportieve speelsters uitgeroepen.

Slide 7 - Quiz

Welke van de volgende is een foutieve beknopte bijzin?
A
In roomboter gebraden eet hij het vlees met smaak op.
B
Terwijl wij wachtten op de bus, kwam het met bakken uit de hemel.
C
Huppelend van plezier, kwam het kind de klas binnen
D
Lekker op het strand liggend, keken we naar de zee.

Slide 8 - Quiz


In Punda gingen we naar de bioscoop en waren we
gezellig uit.
A
juiste inversie
B
onjuiste inversie

Slide 9 - Quiz


Uw bestelling is vandaag verzonden en kunt u via de track-en-tracecode uw pakket volgen
A
Goede inversie
B
Onjuiste inversie

Slide 10 - Quiz

Extra uitleg
dubbelop
verwijswoorden
incongruentie
dat/als
samentrekking
beknopte bijzin
onjuist begrenzen
inversie
symmetrie

Slide 11 - Poll

Extra oefenmateriaal
dubbelop
verwijswoorden
incongruentie
dat/als
samentrekking
beknopte bijzin
onjuist begrenzen
inversie
symmetrie

Slide 12 - Poll

aan de slag!

Slide 13 - Slide