What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Taalredactie deel 3 + 4
Taalredactie deel 3 + 4
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Secundair onderwijs
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
20 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Taalredactie deel 3 + 4
Slide 1 - Slide
Het verkleinwoord van 'bikini' is 'bikinietje'
A
Juist
B
Fout
Slide 2 - Quiz
Wat is de hoofdregel voor het vormen van de bezitsvorm van een eigennaam?
Slide 3 - Open question
Geef een correcte voorbeeldzin met het voegwoord 'dan'.
Slide 4 - Mind map
Wat is het verschil in betekenis?
Mevr. Vandewalle heeft haar betere punten gegeven dan ik.
Mevr. Vandewalle heeft haar betere punten geven dan mij.
Slide 5 - Open question
Je gebruikt 'hun' als meewerkend voorwerp zonder voorzetsel.
A
Juist
B
Fout
Slide 6 - Quiz
Toen, als en wanneer zijn synoniemen als onderschikkende voegwoorden.
A
Juist
B
Fout
Slide 7 - Quiz
Welke soort voornaamwoorden zijn 'u' en 'jou'?
Slide 8 - Open question
Welke soort voornaamwoorden zijn 'uw' en 'jouw'?
Slide 9 - Open question
Je schrijft 'velen' als het betrekking heeft op personen die al eerder in dezelfde zin werden genoemd.
A
Juist
B
Fout
Slide 10 - Quiz
Wat is een synoniem voor 'boosaardig'?
A
flagrant
B
dystopisch
C
vilein
D
immuun
Slide 11 - Quiz
Vul aan: Als het zelfstandig naamwoord eindigt op een enkele, heldere, lang uitgesproken klinker, schrijf je als meervoudsvorm...
Slide 12 - Open question
Welke uitspraak is NIET correct? Je gebruikt 'wat' als betrekkelijk voornaamwoord na...
A
een zelfstandig gebruikt bijvoeglijk naamwoord, meestal een overtreffende trap of na een rangtelwoord
B
onbepaalde woorden zoals iets, niets, weinig, alles, veel, enige...
C
een hele voorafgaande zin
D
onzijdige zelfstandige naamwoorden
Slide 13 - Quiz
Wat is het verschil tussen lexicale/semantische en syntactische ambiguïteit?
Slide 14 - Open question
Hoe heet de medewerker van een film die enkele zinnen tekst krijgt en in beeld komt, vaak maar voor één scène?
Slide 15 - Open question
'Het kind bijt de hond.' In deze zin is sprake van...
A
lexicale/semantische ambiguïteit
B
syntactische/ grammaticale ambiguïteit
C
een bepaling die zorgt voor ambiguïteit
Slide 16 - Quiz
Vorm een vlotte zin met het woord 'onconventioneel'.
Slide 17 - Open question
Het adjectief afgeleid van 'Genua' is Genuaans.
A
Juist
B
Fout
Slide 18 - Quiz
More lessons like this
Taalredactie
November 2024
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 32 Hoeken - driehoeken
February 2023
- Lesson with
22 slides
Wiskunde
Lager onderwijs
Coaching bij leerpad 3
6 days ago
- Lesson with
48 slides
Campus 2 - Les 32: Voornaamwoorden Inge
April 2022
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Voornaamwoorden - leerpad als intro van de les
April 2023
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Voornaamwoorden - intro
April 2023
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 14 Taallab (klinkerbotsing + voornaamwoorden)
November 2024
- Lesson with
42 slides
Feedbacksessie 24/04
April 2020
- Lesson with
11 slides
Latijn
Secundair onderwijs