1B week 11 les 2 P3 Grammatica: uitleg OW

Welkom 1B
Doe je telefoon in de telefoontas. 
Ga op je vaste plek zitten. 
Pak je leesboek. 
Laat de iPad in de tas. 
Geen tas op tafel.
Geen jas of kauwgom in het lokaal. 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom 1B
Doe je telefoon in de telefoontas. 
Ga op je vaste plek zitten. 
Pak je leesboek. 
Laat de iPad in de tas. 
Geen tas op tafel.
Geen jas of kauwgom in het lokaal. 

Slide 1 - Slide

Stil lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Vandaag

H21 onderwerp

Berat en Anwar woensdagmiddag flex!

Slide 3 - Slide

Kern P3 te behandelen stof
H5 Zelfstandig naamwoord en lidwoord: behandeld
H6 Bijvoeglijke naamwoorden en telwoorden: behandeld
H19 Werkwoorden herkennen: behandeld
H20 Persoonsvorm: behandeld
H21 Onderwerp 
H33 Werkwoordelijk gezegde 
H34 Zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord 
H47 Voorzetsel: behandeld
H48 Persoonlijk voornaamwoord 
H49 Bezittelijk voornaamwoord 
H61 Aanwijzend voornaamwoord 
H62 Betrekkelijk voornaamwoord 
H75 Lijdend voorwerp 
H76 Meewerkend voorwerp 
H77 Bijwoordelijke bepaling 

Slide 4 - Slide

PO 
P1: Anwar Arush Arthur: dinsdag 21 maart inleveren
P2: Anwar Berat: dinsdag 4 april inleveren
Staat in SOM!

Kom naar de flex!



Slide 5 - Slide

Lesdoelen
Je leert hoe je het onderwerp herkent in een zin. 



Slide 6 - Slide

Herhaling vorig les
Persoonsvorm
  • Wat voor woordsoort is de persoonsvorm?
  • Welke drie manieren zijn er om de persoonsvorm te vinden?

    Slide 7 - Slide

    Persoonsvorm PV
    De PV is altijd een werkwoord. 
    De volgende morgen lag er een groene enveloppe op de mat.

    1. De vraagproef
    Maak een vragende zin. Het werkwoord dat vooraan komt te staan is de PV. 
    Lag er de volgende morgen een groene enveloppe op de mat?

    2. De tijdproef
    Verander de tijd van de zin. Het werkwoord dat verandert is de PV. 
    De volgende morgen ligt er een groene enveloppe op de mat.

    3. De getalproef
    Verander het getal (enkelvoud/meervoud) van het onderwerp. Het werkwoord dat verandert is de PV. 
    De volgende morgen lagen er groene enveloppen op de mat. 

    Slide 8 - Slide

    Slide 9 - Video

    Onderwerp OW
    1. Gebruik Wie/Wat + PV

    Een magere jongen stond in het doel.
    PV: stond

    Onderwerp = Wie/Wat + PV
    Wie/Wat stond? Een magere jongen stond
    Onderwerp: een magere jongen


    Slide 10 - Slide

    Onderwerp OW
    2. Verander de persoonsvorm van meervoud naar enkelvoud of andersom. Het onderwerp verandert mee. 

    De magere jongen stond in het doel.                 De magere jongens stonden in het doel.
    Onderwerp: de magere jongen


    3. Maak de zin vragend. Het zinsdeel dat meteen na de pv komt te staan, is het onderwerp. 
    Stond de magere jongen in het doel?

    Slide 11 - Slide

    Quiz!
    We gaan een korte quiz doen over de PV en het OW.

    Slide 12 - Slide

    Wat is de persoonsvorm?
    A
    Een persoon
    B
    Geen werkwoord
    C
    Een werkwoord
    D
    Een voltooid deelwoord

    Slide 13 - Quiz

    Hoe vind je de persoonvorm?
    -meerdere antwoorden mogelijk
    A
    Door de zin vragend te maken.
    B
    Door de vraag te stellen "wie of wat".
    C
    Door alle personen in de zin te zoeken.
    D
    Door de tijdproef te doen.

    Slide 14 - Quiz

    Welke drie manieren zijn er voor het vinden van de PV?

    Slide 15 - Open question

    Op welke drie manieren kan je het onderwerp vinden?
    - meerdere antwoorden mogelijk.
    A
    Verander de PV van getal. Zinsdeel dat ook verandert is de PV.
    B
    Alle werkwoorden in de zin zoeken.
    C
    Maak de zin vragend. Het zinsdeel na de PV is het onderwerp.
    D
    Wie of wat + PV

    Slide 16 - Quiz

    Wat is de PV in deze zin?
    'De persoonsvorm heeft drie kenmerken'
    A
    De persoonsvorm
    B
    heeft
    C
    drie
    D
    kernmerken

    Slide 17 - Quiz

    Wat is het onderwerp in deze zin?
    Vanmorgen maakte de hond mij wakker.
    A
    mij
    B
    de hond
    C
    vanmorgen
    D
    wakker

    Slide 18 - Quiz

    Huiswerk nakijken
    H20 maken opdracht 1 t/m 8
    Niet maken is inkomen!

    Slide 19 - Slide

    Huiswerk
    Noteer in je agenda voor de volgende les:

    H21 opdracht 1 t/m 5





      Slide 20 - Slide

      Aan de slag

      Ga aan de slag met het maken van de opdrachten. 
        Of
        Maak een groepje van 4 en start met je po. 


        Slide 21 - Slide


        Is de opdracht duidelijk?

        Slide 22 - Slide

        Volgende les
        H33 werkwoordelijk gezegde

        Slide 23 - Slide

        Zijn voor jou de lesdoelen behaald?


        Ik kan het onderwerp vinden in een zin.

        Slide 24 - Slide

        Hoe ging deze les?
        Wat heb je geleerd vandaag?

        Wat vond je leuk aan deze les? 

        Heeft iemand vragen?

        Slide 25 - Slide

        Fijne dag 
        &
        tot de volgende keer!

        Slide 26 - Slide