Fictie 8 | maandag

Programma en doel
  • Huiswerk bespreken (opdr. 5)
  • Herhaling verteltijd en -volgorde
  • Oefenopdracht
  • Afsluiten

Doel: jullie begrijpen hoe je de verteltijd en vertelvolgorde kunt herkennen in een verhaal.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Programma en doel
  • Huiswerk bespreken (opdr. 5)
  • Herhaling verteltijd en -volgorde
  • Oefenopdracht
  • Afsluiten

Doel: jullie begrijpen hoe je de verteltijd en vertelvolgorde kunt herkennen in een verhaal.

Slide 1 - Slide

Huiswerk bespreken
Fictie blok 5 - opdracht 5
Bladzijde 209

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Tijd
Chronologische volgorde: de gewone volgorde van het verhaal. Vb: Eerst de ochtend, dan de middag en dan pas de avond.

Niet-chronologische volgorde: de gewone volgorde wordt onderbroken door bijvoorbeeld een flashback.
Vb: Eerst 2021 en dan tussendoor 2019.

Slide 4 - Slide

Tijd
Terugverwijzing: een personage verwijst naar iets wat eerder gebeurde. Dit gebeurt heel kort in enkele woorden of zinnen. Meestal is het een gedachte.
Vb: De laatste keer dat ik op mijn telefoon keek was vorige week.
Vooruitwijzing: een korte mededeling over iets wat later zal gebeuren, vaak een gedachte van een personage.
Vb: Morgen zal ik mijn eerste wedstrijd spelen, zal ik winnen?

Slide 5 - Slide

Tijd
Flashback: het verhaal springt in een langere passage terug in de tijd, het verhaal is NIET meer chronologisch. Je wordt helemaal meegenomen naar een andere tijd.

Tijdsprong: de schrijver slaat tijd over. 
Vb: 'Tien dagen later werd ik wakker met hoofdpijn.'

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Nu oefenen
In Teams komt nu een opdracht te staan.
Lees te tekst (jullie kennen hem al) en maak de vragen over Fictie blok 5 om te oefenen met de stof.

Tijd: 10 min -> straks eerste vraag/vragen bespreken

Slide 11 - Slide

Nu oefenen
In Teams komt nu een opdracht te staan.
Lees te tekst (jullie kennen hem al) en maak de eerste vraag.

Tijd: 5 min -> bespreken

Slide 12 - Slide

Op welke manier begint dit verhaal?

Slide 13 - Open question

Huiswerk morgen
Maak de opdracht in Teams.
Lees je leesboek! -> Maandag beginnen aan boekopdracht.

Slide 14 - Slide