Gedrag Toetsje 3Blauw 2020 2021

oefentoets
Oefentoets voor thema 8 gedrag 

alleen IPAD op tafel en inloggen 
1 / 43
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

oefentoets
Oefentoets voor thema 8 gedrag 

alleen IPAD op tafel en inloggen 

Slide 1 - Slide

Bij ... bedenkt een dier nieuw gedrag, door eerder opgedane ervaringen te combineren.
A
Overspronggedrag
B
Imiteren
C
Aangeboren
D
Inzicht

Slide 2 - Quiz

Sleutelprikkel / supranormale prikkel
Sleep de stukjes tekst naar de juiste plek
sleutelprikkel
supranormale prikkel

Slide 3 - Drag question

De honden leren het zoeken van overlevenden tijdens een training. Hoe heet deze vorm van leren?
A
Conditionering
B
Gewenning
C
Inprenting
D
Aangeleerd gedrag

Slide 4 - Quiz

Wat is GEEN voorbeeld van een inwendige prikkel
A
Motivatie om iets te doen
B
Enthousiasme voor de toets morgen
C
Reageren op een luchtalarm
D
Hormonen die zorgen voor puberaal gedrag

Slide 5 - Quiz

Als je aan een drukke straat woont hoor je op een bepaald moment niet meer de auto's. Dit is een voorbeeld van ...?
A
Leren
B
Gewenning
C
Imiteren
D
Lichaamstaal

Slide 6 - Quiz

Wat is de FUNCTIE van aangeboren gedrag meestal bij dieren?
A
Het volgen van de moeder
B
Het vergroten van de overlevingskans
C
Zorgen voor voedsel
D
Het bemachtigen van een territorium

Slide 7 - Quiz

Aangeboren gedrag
Aangeleerd gedrag

Slide 8 - Drag question

Slide 9 - Video

De sleutelprikkel bij de stekelbaars is
A
Vorm van de vis
B
Kleur van de buik
C
lengte van de staart

Slide 10 - Quiz

Snapt de mannelijke stekelbaars dat het model met het rode buikje geen echte stekelbaars is?
A
ja
B
nee
C
dat maakt niets uit

Slide 11 - Quiz

Bij ... is sprake van het gedrag dat van soortgenoten wordt gekopieerd.
A
Inzicht
B
Overspronggedrag
C
Imiteren
D
Aangeboren

Slide 12 - Quiz

Iemand is bang voor muizen, hoe kan je iemand stap voor sta van deze angst afhelpen?

Slide 13 - Open question

Wat is een voorbeeld van een sleutelprikkel (boek!)?
A
Een wolf jaagt op een hert
B
Een stekelbaarsmannetje dreigt een rode vlek aan te vallen
C
Jouw hond komt naar je toe als je op je vingers fluit
D
Een konijn snuffelt aan stro in zijn hok

Slide 14 - Quiz

Hoe noem je leren tijdens een korte (gevoelige) periode?
A
Gewenning
B
Inprenting
C
Trial and error
D
Conditionering

Slide 15 - Quiz

Een verschil tussen het gedrag van mensen en het gedrag van dieren, is dat mensen hun gedrag kunnen beoordelen aan de hand van ...1... en ...2...

Slide 16 - Open question

Aangeboren
Gedrag
Aangeleerd
Gedrag
Territorium
gedrag 
Sociaal
gedrag 

Slide 17 - Drag question



Wat zie je in de afbeelding?

A
Het jong reageert op een sleutelprikkel
B
Het oudere dier geeft een respons
C
Het jong reageert op een gewone prikkel
D
Het oudere dier reageert op een sleutelprikkel

Slide 18 - Quiz

Hoe heet het als een dier leert door een ander dier te observeren?
A
Imitatie leren
B
sensitisatie
C
habituatie
D
klassieke conditionering.

Slide 19 - Quiz

Sleep het gedrag bij de foto waar die gedrag is afgebeeld.
territoriumgedrag
dreiggedrag
imponeergedrag

Slide 20 - Drag question

Hoe heet zon lijst met afkortingen zoals je hiernaast ziet?
A
ethogram
B
protocol

Slide 21 - Quiz


Wat is een protocol?

A
Je schrijft op wat je van het gedrag vindt
B
Een lijst waarop je kunt zien hoe vaak een gedragshandeling voorkomt bij één dier
C
Je schrijft op wat het dier doet
D
Een lijst waarop je kunt zien hoe vaak een gedragshandeling voorkomt bij alle dieren van één soort

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Video

Noem meerdere manieren hoe je stereotype gedrag bij dieren in dierentuin kunt voorkomen.

Slide 24 - Open question

Om ruzie en verwondingen te voorkomen is er binnen groepen vaak sprake van een ... .
A
Rangorde
B
Pikorde
C
Intimideren
D
Inzicht

Slide 25 - Quiz

Een mannetjes pauw doet zijn staart omhoog om indruk te maken op een vrouwtje. Wat is de inwendige prikkel om dit te doen

Slide 26 - Open question


Wat is ethologie?

A
Het bestuderen van gedrag
B
Het beïnvloeden van gedrag
C
Het gedrag van dieren veranderen
D
Het gedrag van mensen veranderen

Slide 27 - Quiz

Het gedrag van een politiehond is:
A
Natuurlijk gedrag
B
Aangeleerd gedrag

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Video

De fysioloog Pavlov had honden zo getraind dat zij begonnen te kwijlen bij het horen van een belletje.
Wat is de respons in dit gedrag?
A
Het horen van het belletje
B
Het getraind zijn
C
Het kwijlen

Slide 30 - Quiz

Hoe noem je de vorm van leren waardoor de honden van Pavlov gaan kwijlen als ze een bel horen?
A
geconditioneerde reflex
B
operante conditionering
C
proefondervindelijk leren
D
trial and error

Slide 31 - Quiz

Zet de plaatjes op volgorde van Pavlov's onderzoek naar (klassieke) conditionering.
1
2
3
4

Slide 32 - Drag question

Kwispelen bij een hond is een vorm van..... ?
A
Lichaamstaal
B
Non-verbaal gedrag
C
verbaal gedrag
D
Inprenting

Slide 33 - Quiz

Pasgeboren biggen die de tepel van de moeder voelen weten meteen dat ze hun bekje open moeten doen. Hoe noemen we dit gedrag?
A
Aangeleerd gedrag
B
Aangeboren gedrag

Slide 34 - Quiz

Hoe worden normen en waarden aangeleerd?
A
Door ervaringen in het verleden
B
Door genetische aanleg
C
Door opvoeding en socialisatie
D
Door imitatie van rolmodellen

Slide 35 - Quiz

De Venus vliegenval is een vleesetende plant. Als een blad wordt aangeraakt, vouwt het blad zich samen.

Is dit wel of geen gedrag?
A
wel gedrag
B
geen gedrag

Slide 36 - Quiz

Leren door beloning of straf
Leren door toevallige ontdek-kingen
Leren in een gevoelige periode
Leren door een prikkel vaak te herhalen
Inprenting
Gewenning
Conditionering
Trial and error

Slide 37 - Drag question

Hoe noem je een klein stukje gedrag?
A
Gedragje
B
Handeling

Slide 38 - Quiz

Dit gedrag komt tot stand door
A
inwendige prikkels
B
uitwendige prikkels
C
beide antwoorden zijn juist
D
beide antwoorden zijn omjuist

Slide 39 - Quiz

Hoe noem je een verandering in de omgeving waar een mens of dier op reageert?
A
Gedrag
B
Emotie
C
Een prikkel
D
Gevoel

Slide 40 - Quiz

Gedrag van mensen wordt bepaald door bijvoorbeeld aangeleerd gedrag.
Wat zijn voorbeelden van aangeleerd gedrag?

A de kniepeesreflex (de dokter tikt met een hamertje onder je knie, je been strekt zich vanzelf)
B een jas aantrekken als het koud is buiten
C het warm krijgen tijdens de gymles
D stil worden als de docent daarom vraagt

A
A - C
B
B - C - D
C
A - C - D
D
B - D

Slide 41 - Quiz

Einde van de toets

Slide 42 - Slide

Wat is de juiste volgorde van wetenschappelijk onderzoek doen?
A
onderzoeksvraag - hypothese - materialen en methode - resultaten - conclusie - discussie
B
hypothese - onderzoeksvraag - materialen en methode - resultaten - conclusie - discussie
C
onderzoeksvraag - hypothese - materialen en methode - resultaten discussie - conclusie

Slide 43 - Quiz