klas 1 - 22 december
1 / 13
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
¿Cómo se dice "ouders" en español?
(vertaal ouders)
(vertaal ouders)
A
padres
B
padre
C
madre
D
hermanos
Slide 3 - Quiz
¿Cómo se dice "oma" en español?
(vertaal oma)
(vertaal oma)
A
novia
B
tía
C
abuela
D
madre
Slide 4 - Quiz
¿Cómo se dice "broers/zussen" en español?
(vertaal broer/zussen)
(vertaal broer/zussen)
A
abuelos
B
amigos
C
hermana
D
hermanos
Slide 5 - Quiz
¿Cómo se dice "opa" en español?
(vertaal opa)
(vertaal opa)
A
madre
B
abuela
C
abuelo
D
padre
Slide 6 - Quiz
La familia de Javier
tío
madre
abuelo
hermana
prima
padre
abuela
tía
primo
Slide 7 - Drag question
El padre de mi padre es mi...
A
hermano
B
abuelo
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Slide
Ik heb twee zussen.
Jij hebt drie neven.
Zij heeft vijf ooms en tantes.
Wij hebben een moeder.
Jullie hebben twee ouders.
Zij hebben twee opa's en oma's
tengo
tienes
tenemos
tiene
tenéis
tienen
Slide 10 - Drag question
Slide 11 - Slide
Wat betekent de Spaanse tekst in het volgende kerst liedje?
timer
0:30
Geniet van de kerstmaaltijden
Het was een mooi jaar
Vrolijk kerstfeest en een gelukkig nieuwjaar
Vrolijk Pasen
Slide 12 - Drag question
"Feliz Navidad, feliz Navidad, feliz Navidad.... año y felicidad"
A
Prospero
B
Bueno
C
Grande
D
Amor
