Referentiematen en Vuistregels en formules

Welke hoort er niet
bij.
A
100
B
25
C
36
D
30
1 / 16
next
Slide 1: Quiz
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welke hoort er niet
bij.
A
100
B
25
C
36
D
30

Slide 1 - Quiz

Referentiematen

Slide 2 - Slide

Wat zijn referentiematen?

Slide 3 - Mind map

Waar kom je referentiematen tegen?

Slide 4 - Mind map


Nederland telt ongeveer ... miljoen inwoners.
A
2 miljoen
B
10 miljoen
C
17 miljoen
D
25 miljoen

Slide 5 - Quiz


Je wandelt ongeveer ... km/h.
A
2 km
B
5 km
C
8 km
D
10 km

Slide 6 - Quiz


Een verdieping van een gebouw in ongeveer .... hoog.
A
3 m
B
30 m
C
30 cm
D
3 cm

Slide 7 - Quiz


Een volwassen man is ongeveer .... lang.
A
15 cm
B
2000 cm
C
1,80 m
D
0,87 m

Slide 8 - Quiz


De hoogte van een deur is ongeveer ....
A
2 dm
B
2 cm
C
2 m

Slide 9 - Quiz


Je fietst ongeveer ... km/h.
A
10 km
B
12 km
C
15 km
D
20 km

Slide 10 - Quiz

1.6 referentiematen

Slide 11 - Slide

1.6 referentiematen

Slide 12 - Slide

Leerdoelen 
  • Je leert formules herkennen als vuistregel of als rekenregel
  • Je leert hoe je met formules en vuistregels verbanden kunt beschrijven

Slide 13 - Slide

Vuistregel
Een vuistregel is een gemakkelijke manier om een veelvoorkomende berekening te kunnen uitvoeren.

Bijvoorbeeld:
Gezond gewicht in kg = lichaamslengte in cm - 100

Slide 14 - Slide

Formules
Een vuistregel is een nauwkeurig berekening.

Bijvoorbeeld:
Oppervlakte = lengte x breedte

Slide 15 - Slide

aan de slag
               Hoofdstuk 3 afmaken, staat op de planning

Slide 16 - Slide