What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Punt komma
Weet jij hoe dit leesteken heet?
1 / 15
next
Slide 1:
Open question
Taal
Basisschool
Groep 7
This lesson contains
15 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Weet jij hoe dit leesteken heet?
Slide 1 - Open question
Wanneer gebruik je een puntkomma?
Slide 2 - Open question
Moet ik een puntkomma gebruiken. Ja/nee en waarom?
Slide 3 - Open question
Welk leesteken mist in de zin?
Ik koop twee dingen een tas en een boek.
A
puntkomma
B
komma
C
dubbele punt
Slide 4 - Quiz
Welk leesteken mist in de zin?
Ik was alleen ik vond dat niet leuk.
A
puntkomma
B
komma
C
dubbele punt
Slide 5 - Quiz
Welk leesteken hoort in de zin?
Mijn vader wil alles altijd nauwkeurig plannen...... mijn moeder ziet wel hoe het loopt.
A
puntkomma
B
komma
C
dubble punt
Slide 6 - Quiz
Als je een uitleg of toelichting geeft van iets gebruik je?
A
Dubbelepunt
B
Komma
C
Puntkomma
D
Punt
Slide 7 - Quiz
Je eindigt een zin met een puntkomma, uitroepteken en een vraagteken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Een puntkomma (;) betekent dat er een voorbeeld komt.
A
juist
B
onjuist
Slide 9 - Quiz
Een puntkomma gebruik je......
A
bij een opsomming
B
bij een gedachte
C
bij het begin van een zin
D
om twee zinnen te verbinden
Slide 10 - Quiz
In welke zin is de puntkomma goed gebruikt:
A
Ik moet deze week thuisblijven; want ik ben in quarantaine
B
Ik moet deze week thuisblijven; ik ben in quarantaine
Slide 11 - Quiz
Waar komt de puntkomma?
Wachten jullie maar niet op mij voor mij begint een file.
A
achter "op"
B
achter de eerste "mij"
C
achter "voor"
D
achter de tweede "mij"
Slide 12 - Quiz
Waar komt de puntkomma?
Het concert is morgen er worden veel mensen verwacht.
A
Na "concert"
B
Na "is"
C
Na "morgen"
D
Na "veel"
Slide 13 - Quiz
We gingen op vakantie.........ik ben mijn koffer vergeten
A
dubbele punt
B
puntkomma
C
komma
D
punt
Slide 14 - Quiz
In welke zin kun je een puntkomma gebruiken?
A
De auto staat bij de garage, de auto wordt gerepareerd.
B
De auto staat bij de garage, toch?
C
De auto staat bij de garage omdat hij stuk is.
D
Staat de auto bij de garage omdat hij stuk is?
Slide 15 - Quiz
More lessons like this
TA7 7.2.9 punt komma
June 2023
- Lesson with
14 slides
Taal
Basisschool
Groep 7
les 4
December 2018
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 8
les 9
February 2023
- Lesson with
19 slides
Taal
Basisschool
Groep 7
Leestekens
January 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Interpunctie & Leestekens 1
February 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Spelling H5: hoofdletters en leestekens
May 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Deviant Starttaal Vooraf Op weg naar 1F Thema 1 Hoofdstuk 4
September 2024
- Lesson with
37 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Spelling H5: hoofdletters en leestekens
June 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3