Diagnostische toets

Wat moet je leren?
  1.  Het lidwoord (blz 13, tekstboek)
  2. Het werkwoord ser (blz 16, tekstboek)
  3. Frases Claves (blz 13+ 16, tekstboek) NL>SP
  4. Woordjes (blz 27, werkboek) SP>NL (1.1 t/m 1.3) 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat moet je leren?
  1.  Het lidwoord (blz 13, tekstboek)
  2. Het werkwoord ser (blz 16, tekstboek)
  3. Frases Claves (blz 13+ 16, tekstboek) NL>SP
  4. Woordjes (blz 27, werkboek) SP>NL (1.1 t/m 1.3) 

Slide 1 - Slide



Grammatica #1 lidwoorden

Lees de woorden en zet het juiste lidwoord ervoor.   

Kies uit: el, la, los, las
  1. __________ libro.
  2. __________ amiga.
  3. __________ casas.
  4. __________ canción.
  5. __________ hermanos.
  6. __________ vacaciones.
  7. __________ hoteles.
  8. __________ amistad.
  9. __________ camping.
  10. __________ karaoke. 

timer
5:00

Slide 2 - Slide



Grammatica #2 werkwoord zijn

Vertaal de volgende vormen van het werkwoord zijn naar het Spaans. 

  1. (Wij zijn) __________ españoles. 
  2.  ¿(Ben jij) __________de España?
  3. (Zij zijn) __________ holandeses.
  4. No (ik ben) __________ italiana.
  5. (Jullie zijn) __________ franceses.
  6. No (Hij is) __________ de México.
  7. (Zij zijn) __________ españolas.
  8. (Jij bent) __________ Pablo.
  9. (Wij zijn) __________ de Holanda.
  10. (U bent) __________ francés.
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Maak de tarea van hoofdstuk 1 
op bladzijde 25-26 in je werkboek.
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Ben je al begonnen met leren voor de proefwerk van Spaans?
Ja, allang
Ja, gister
Nog niet, maar ben wel van plan om te beginnen
Nee, doe ik de avond van de voren wel
Anders

Slide 6 - Poll

Español & tips om beter te leren

  1. Leer de stof minstens op vier verschillende momenten.
  2. Leer max. 15 minuten per keer.
  3. Overlezen is niet genoeg, schrijf het op.
  4. Gebruik WRTS of Quizlet om woordjes/zinnen te leren. 
  5. Let op accenten, mannelijk-vrouwelijk en
enkelvoud-meervoud.

Slide 7 - Slide

Wat moet je leren?
  1.  Het lidwoord (blz 13, tekstboek)
  2. Het werkwoord ser (blz 16, tekstboek)
  3. Frases Claves (blz 13+ 16, tekstboek) NL>SP
  4. Woordjes (blz 27, werkboek) SP>NL (1.1 t/m 1.3) 

Slide 8 - Slide

Herhaling & lidwoorden
Kies het juiste lidwoord.
  1.  El/la camping es grande.
  2. El/la ciudad es Barcelona.
  3. El/la canción es de Shakira.
  4. El/la pueblo es fantástico. 
  5. Los/las vacaciones de verano.

Maak opdracht 3B van de diagnostische toets 
op bladzijde 29!
timer
7:30

Slide 9 - Slide

Herhaling & lidwoorden
Kies het juiste lidwoord.
  1.  Un/una presentador del camping.
  2. Un/una tienda en Madrid.
  3. Un/una participante de Argentina.
  4. Unos/unas chicos holandeses. 
  5. Unos/unas  amigas del camping.

Maak opdracht 3C van de diagnostische toets 
op bladzijde 29!
van je werkboek.
timer
5:00

Slide 10 - Slide

Herhaling & het werkwoord zijn
Vertaal de woorden tussen haakjes naar het Spaans.
  1. (Wij zijn) __________ holandeses.
  2. (Jij bent) __________ de España.
  3. (Zij zijn) __________ italianos.
  4. (Jullie zijn) __________ de Valencia.
  5. (Zij is) __________ de Holanda. 

Maak opdracht 3A van de diagnostische toets 
op bladzijde 29! 
timer
5:00

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat moet je leren?
  1.  Het lidwoord (blz 13, tekstboek)
  2. Het werkwoord ser (blz 16, tekstboek)
  3. Frases Claves (blz 13+ 16, tekstboek) NL>SP
  4. Woordjes (blz 27, werkboek) SP>NL (1.1 t/m 1.3) 

Slide 13 - Slide

timer
10:00

Slide 14 - Slide