4.4 Politieke ontwikkelingen tot 1980

§4.4 Politieke ontwikkelingen tot 1980
Evo Morales - Oud President Bolivia
1 / 40
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

Items in this lesson

§4.4 Politieke ontwikkelingen tot 1980
Evo Morales - Oud President Bolivia

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

4.4 Politieke ontwikkeling tot 1980

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
1. Spullen pakken
2. Herhalen §4.3
3. Bespreken §4.4
4. Huiswerk maken

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Koloniale periode 
Spanje & Portugal overheersen
Slaven werkten op de plantages
Inheemse gebieden niet
gekoloniseerd?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Koloniale periode (1500-1800)
Spanje en Portugal hadden vooral invloed.

Ontwikkelen systeem van cliëntelisme 
Een persoon of groep mensen 
ondersteunen of een dienst bewijzen 
in ruil voor politieke steun

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Elite aan de macht (1800-1930)
Bijna alle landen begin 19e eeuw 
onafhankelijk.

Leiders nieuwe staten vormen oligarchie
Politieke systeem waar de macht in 
handen is van een kleine invloedrijke 
groep

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Vorming van de oligarchie
Macht in kleine groep elitairen
Staat in dienst van de elite

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Elite en overheid
Export levert veel geld op.

Echter werknemers werken:
  • Voor te lage lonen.
  • Onder slechte     arbeidsomstandigheden.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Feodale structuur
  • 1825 bijna alle landen onafhankelijk
  • feodale structuur bleef bestaan
  • machtshebbers hebben geen belang bij goede voorzieningen voor de armere massa op het platteland
  • Cliëntelisme
  • ontsnappen? --> vlucht naar de stad 
  • FEODALE STELSEL OORZAAK: economische achterstand en politieke problemen Zuid Amerika

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Het volk aan de macht? (1930-1950)
Wereldcrisis 1929, wereldhandel zakt in.

Oplossing
Produceren goederen binnenlandse markt 
i.p.v. alleen grondstoffen exporteren. 

Waarom?
  • Verschaft werk
  • Geen goederen importeren

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Na wereldcrisis 
Opkomst populisme

De leider van het land probeert 
een sterke band te smeden met 
het volk en hij zet zich juist af 
tegen de elite.
Evita Perón 1951

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Opkomst van het populisme
Oligarchie (macht bij kleine groep mensen) zet kwaad bloed bij bevolking. Populistische partijen spelen hier op in. 

  • Latijnse populus betekent volk.
  • Populisten; belangrijk is charismatische leider en 
  • spreken namens 'de mensen' of 'het volk'. 

Slide 12 - Slide

'De mensen zijn het zat', 'het volk pikt het niet langer' en 'het is de schuld van de elite'. Zomaar drie zinnetjes die je met een heel klein beetje speuren al snel tegenkomt in toespraken en campagnes van populistische politici. Want populisten spreken altijd namens 'de mensen' of 'het volk'. Het Latijnse woord populus betekent niet voor niets letterlijk volk.
1

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Wat maakt de Speech van Evita Perón Populistisch?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Populisme (vanaf 1950)
Reactie:
  • Opstanden
  • Burgeroorlogen
  • Politieke instabiliteit


Populistische leiders:
  • Gaven veel geld uit.
  • Veel corruptie
  • Deden aan vriendjespolitiek.
  • Arme bevolking bleef arm.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

1970 & 1980
Veel landen werden een militaire dictatuur.

Gesteunt door VS.

Waarom? 
Bang voor opkomst socialisme.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Na WO II --> bemoeiens vanuit de VS
Doel: tegengaan communisme in Zuid-Amerika (Koude Oorlog)

Gevolgen: militaire regimes aan de macht (geholpen door VS)

Pas in de economische crisis van de jaren '80 zijn de meeste van deze regimes afgezet

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

‘Moeders van de Plaza de Mayo’, naar het centrale plein in Buenos Aires waar zij tot op de dag van vandaag elke donderdag een stille demonstratie houden, getooid met karakteristieke witte hoofddoeken (luiers).

Slide 19 - Video

This item has no instructions


De huidige tijd
Strijd tussen neo-liberalisme & linkse regimes

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Tijdspad
1500-1800: koloniale periode (cliëntelisme)
1800-1930: Elite aan de macht (oligarchie)
1930-1950: Het volk aan de macht? (populisme)
1950-1980: Het leger aan de macht (militaire dictatuur)

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Evo Morales - Oud President Bolivia

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Jorge Videla - Oud president Argentinië

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Dodenvluchten Argentinië
Julio Poch

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Video

This item has no instructions

Slide 28 - Link

This item has no instructions

Aan de slag

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Vandaag
Fimpjes

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen:
Je leert:
  • uitleggen dat de basis voor de ongelijkheid in de Latijns-Amerikaanse samenleving al in de koloniale tijd werd gelegd.
  • uitleggen wat de reden was voor de opkomst en ondergang van het populisme.
  • de opkomst van de militaire dictaturen in de jaren 1970 en 1980 verklaren. 

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

§ 4.4 Politieke ontwikkelingen
                   tot 1980

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Wat zegt de foto op de vorige slite over de geschiedenis van Zuid-Amerika

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Slide 35 - Video

This item has no instructions

Slide 36 - Video

This item has no instructions

Slide 37 - Video

This item has no instructions

Slide 38 - Link

This item has no instructions

Tijdspad
1500-1800: koloniale periode (cliëntelisme)
1800-1930: Elite aan de macht (oligarchie)
1930-1950: Het volk aan de macht? (populisme)
1950-1980: Het leger aan de macht (militaire dictatuur)

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions