This lesson contains 32 slides, with text slides and 1 video.
Items in this lesson
1C
Slide 1 - Slide
Welkom!
Welkom
Etui, planner, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.
We starten met stillezen
timer
10:00
Slide 2 - Slide
Deze week
Maandag: Instructie tekststructuur (1C)
Dinsdag: Instructie signaalwoorden en verbanden (1C)
Vrijdag: Schrijven email
Weektaak 13 november
Lezen handboek blz.50 -53
Maken 1 C 3 t/m 13
Inleveren e-mail
Slide 3 - Slide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
Weet je uit welke onderdelen tekststructuur bestaan.
Heb je geoefend met het herkennen van de structuur van een tekst.
Heb je een tekst gelezen
Slide 4 - Slide
Lezen
Lupin
Slide 5 - Slide
Welke fuctie kan een alinea hebben?
Slide 6 - Slide
Functies van een inleiding
- Bijna altijd: aandacht trekken
- Onderwerp noemen
- Aanleiding noemen
- Centrale vraag stellen
- Mening van de schrijver geven
- Samenvatting van de inhoud geven
Slide 7 - Slide
Middenstuk / kern
achtergrondinformatie
voorbeelden
argumenten
meningen
Slide 8 - Slide
Welke functie kan een slot hebben?
Slide 9 - Slide
Functies van het slot
- Conclusie geven (dus, daarom, dan ook)
- Samenvatting geven (kortom, samenvattend)
- Advies geven (het is raadzaam, het is beter, het is aan te raden)
Slide 10 - Slide
Welkom!
Welkom
Etui, planner, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.
We starten met stillezen
timer
10:00
Slide 11 - Slide
Deze week
Maandag: Instructie tekststructuur (1C)
Dinsdag: Instructie signaalwoorden en verbanden (1C)
Vrijdag: Schrijven email
Weektaak 13 november
Lezen handboek blz.50 -53
Maken 1 C 3 t/m 13
Inleveren e-mail
Slide 12 - Slide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
kun je verbanden in een tekst herkennen
Weet je wat signaalwoorden zijn
Herken je signaalwoorden in een tekst, zodat je kunt aangeven welk verband er wordt aangegeven in een tekst.
Slide 13 - Slide
Verbindingswoorden
Signaalwoorden
Slide 14 - Slide
Wat is een verbindingswoord?
Verbindingswoorden geven het verband aan tussen zinsdelen, zinnen en alinea’s.
Slide 15 - Slide
Sommige zinnen, delen van zinnen of alineas's hebben met elkaar te maken.
Ze zijn met elkaar verbonden door verbindingswoorden.
Slide 16 - Slide
Opdracht
Bij elk tekstverband schrijf je een zin.
Je hebt 8 zinsverbanden dus 8 zinnen.
Slide 17 - Slide
Tijd
Voordat, nadat, eerst, daarna, wanneer, vroeger.
Voordat ik vanmorgen naar school fietste dronk ik eerst een kopje koffie
Slide 18 - Slide
Opsomming
En, ook, ten eerste, ten tweede, vervolgens
Slide 19 - Slide
Tegenstelling/ vergelijking
Zo, evenals, in vergelijking met, soortgelijk(e), maar, terwijl.
Slide 20 - Slide
Oorzaak – gevolg / rede
Door, doordat, waardoor, te danken aan, omdat, daarom
Slide 21 - Slide
Doel – middel
Om te, daarmee, waarmee, door middel van
Slide 22 - Slide
Voorbeeld/ toelichting
Een voorbeeld ( hier)van, ter illustratie, bijvoorbeeld, zoals, denk aan, dit betekend
Esmee heeft dyscalculie. Dit houdt in dat zij moeite heeft met rekenen
Slide 23 - Slide
Voorwaarde
Als, wanneer, tenzij, in (voor) het geval dat
Slide 24 - Slide
Samenvatting / conclusie
Samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar dat
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
Nu jij
A: lees blz 52 van je handboek goed door! Maak bij de verbanden die niet we niet behandeld hebben tijdens de instructie ook een zin!
B: zoek in de tekst Lupin naar tekstverbanden. Onderstreep ze.
Klaar? weektaak
Maken 3 t/m 13
Slide 27 - Slide
Starttaak
Etui, planner, lesboek, leesboek, schrift open en laptop dicht op tafel.
Noteer zoveel mogelijk signaalwoorden. Weet je ook bij welk tekstverband ze horen? Zo ja, schrijf deze er dan achter. Je maakt deze startopdracht in je schrift.
Klaar? Stillezen
timer
11:00
Slide 28 - Slide
Deze week
Maandag: Instructie tekststructuur (1C)
Dinsdag: Instructie signaalwoorden en verbanden (1C)
Vrijdag: Schrijven email
Weektaak 13 november
Lezen handboek blz.50 -53
Maken 1 C 3 t/m 13
Inleveren e-mail
Slide 29 - Slide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
Kun je een goed gestructureerde tekst schrijven die past bij een gegeven onderwerp en tekstdoel.
Je kunt signaal woorden gebruiken om een logisch tekstverband te maken.
Heb je een email geschreven
Slide 30 - Slide
Jouw meinig telt!
De Nederlandse uitgever van de Roald Dahlboeken vraagt om advies. De uitgever wil weten wat jij als lezer vindt van het wel of niet vervangen van 'gevoelige' woorden en/of zinnen in de boeken van Roald Dahl.
Jij schrijft je advies in een e-mail
200 woorden
Inleiding: waarom je deze email schrijft, en wat je advies is
Middenstuk: licht je je advies toe.
Slot: afsluiting met samenvatting of advies
Gebruik minimaal 5 signaalwoorden
Inleveren in ItsLearning
Klaar? weektaak
timer
20:00
Slide 31 - Slide
taak
Werkblad
Vul bij 'vooraf' in hoe je deze opdracht gaat maken.
Halverwege krijg je een seintje om 'tijdens' in te vullen