This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
2.7 Van twee- naar driedimensionaal
Slide 1 - Slide
Deze week:
Vragen over het huiswerk.
Uitleg 2.7 en 2.8.
Afmaken hoofdstuk 2.
Nakijken van gemaakte opdrachten.
Slide 2 - Slide
Leerdoel
- Je leert voorwerpen en objecten van tweedimensionaal naar driedimensionaal te bekijken en andersom.
- Je leert wat een doorsnede van een ruimtelijke figuur is.
Slide 3 - Slide
Aanzichten
Verschillende aanzichten:
Slide 4 - Slide
Hoe ziet het vooraanzicht eruit?
A
B
C
Slide 5 - Quiz
Hoe ziet het zijaanzicht eruit?
A
B
C
Slide 6 - Quiz
Hoe ziet het bovenaanzicht eruit?
A
B
C
Slide 7 - Quiz
Doorsneden
Snijvlak = doorsnede
In de breedte = dwarsdoorsnede
In de lengte = lengtedoorsnede
Slide 8 - Slide
Voorbeeld
Slide 9 - Slide
Wanneer heb je een bouwtekening nodig?
Slide 10 - Mind map
Een bouwtekening is een tweedimensionale weergave van een driedimensionaal figuur.
Met een bouwtekening kun je dus laten zien hoe iets eruit gaat zien als het gebouwd is.
Als je een huis laat bouwen of uitbouwen dan stelt de gemeente bepaalde tekeningen verplicht om een bouwvergunning te krijgen. Bijvoorbeeld een plattegrond, gevelaanzichten en doorsnedes. Maar soms ook een constructietekening.
Jullie zullen de bouwtekening hoofdzakelijk kennen van een meubel dat in elkaar gezet moet worden of van een modelbouw figuur.
Je kunt met een bouwtekening dus kijken of je kast in de kamer past maar ook hoe je hem in elkaar moet zetten.
De bouwtekening
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Wat is de totale breedte van dit object?
A
1100 mm
B
1260 mm
C
230 mm
D
565 mm
Slide 13 - Quiz
Hoe hoog zit ik aan deze tafel?
A
435 cm
B
43,5 cm
C
4350 mm
D
0,435 dm
Slide 14 - Quiz
"Rekenen, daar krijg je uitslag van!"
Een uitslag bij rekenen / wiskunde is iets anders dan in het dagelijks leven. Het is geen cijfer of een jeukerig bultje op je huid.
De uitslag bij rekenen is een "bouwplaat zonder plakrandjes". Als je een ruimtelijk (hol) figuur losknipt langs de randen, ook wel ribben genoemd, dan ontstaat er een vlak figuur.
Je moet het figuur zo losknippen (of tekenen) dat de uitslag uit één stuk bestaat. Uiteraard kun je voor één figuur meerdere verschillende uitslagen maken, het hangt er maar net vanaf welke ribben je gaat openmaken.
De uitslag
Slide 15 - Slide
Driedimensionaal figuur en de uitslag
Slide 16 - Slide
2.8 Referentiematen
Slide 17 - Slide
Lesdoelen van vandaag:
Ik kan schattingen maken met referentiematen.
Ik kan rekenen met referentiematen.
Slide 18 - Slide
Om schattingen te kunnen maken is het belangrijk bekende aantallen en hoeveelheden te weten. Zo’n maat heet een referentiemaat.
Om oppervlakte of inhoud te schatten gebruik je vaak referentiematen voor lengte.
Een aantal belangrijke referentiematen voor lengte zijn:
Een volwassen man is ongeveer 1,80 m lang.
De hoogte van een deur is ongeveer 2 m.
Een verdieping van een gebouw is ongeveer 3 m hoog.
Slide 19 - Slide
Referentiematen gewicht
Slide 20 - Slide
Referentiematen
Slide 21 - Slide
Referentiematen inhoud
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Allerlei referentiematen
Inhoud
Slide 24 - Slide
Naast de referentiematen voor lengte, zijn er ook referentiematen voor oppervlakte en inhoud.
Een aantal belangrijke referentiematen voor oppervlakte en inhoud zijn:
De oppervlakte van een voetbalveld is 0,5 ha (50 × 100 m).
De inhoud van een kopje is 200 mL.
De inhoud van een pak melk is 1 liter.
De inhoud van een emmer is 10 liter
Slide 25 - Slide
Naast de referentiematen die hierboven staan, kun je ook een maat die jij kent als referentie gebruiken.
Het gebouw heeft vier verdiepingen.
Een verdieping is ongeveer 3 m hoog.
Het gebouw is ongeveer 4 × 3 = 12 m hoog.
Het gebouw is iets breder dan hoog.
Het gebouw is ongeveer 15 m breed.
Het gebouw is ongeveer 15 m lang.
De inhoud van het gebouw is ongeveer: 15 × 15 × 12 = 2700 m3.
Slide 26 - Slide
Bij 1 decimeter denk ik aan de lengte van een ijsstokje. Dit is een?
A
standaardmaat
B
referentiemaat
C
natuurlijke maat
D
grootheid
Slide 27 - Quiz
Je staat bij deze paddenstoel. Je ben om 13:45 uur vertrokken vanaf de veerboot. Je loopt naar de Kobbeduinen. Hoe laat kom je daar ongeveer aan?
referentiemaat: je loopt 5 km/u
A
kwart voor twee
B
kwart over twee
C
kwart voor drie
D
kwart over drie
Slide 28 - Quiz
Deze glazen kubus staat in Malaga. Hoe hoog is een zijkant van deze kubus?
A
6
B
12
C
18
D
24
Slide 29 - Quiz
Danique huurt een partytent voor een feest met buffet voor 60 personen. Hoeveel vierkante meter (m2) moet de oppervlakte van de partytent zijn volgens deze referentiematen? Zie tabel.
A
60m²
B
70m²
C
80m²
D
90m²
Slide 30 - Quiz
Danique huurt de partytent met de oppervlakte die minimaal voor haar feest nodig is.