Klas 1MH Schrijven Blok 1

Welkom 1MH,
Ga lekker zitten, pak je leesboek en duik in de wereld van jouw verhaal...


Tot over 10 min ;-)
timer
10:00
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,4

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom 1MH,
Ga lekker zitten, pak je leesboek en duik in de wereld van jouw verhaal...


Tot over 10 min ;-)
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Programma
  • zelfstandig lezen (10 min)
  • planning laatste 3 weken (10 min)
  • Uitleg schrijven Blok 1  en maken opdrachten (25 min)
  • afsluiting (5 min)

Slide 2 - Slide

Planning
* Toets Lezen Blok 1 en 2 : donderdag 16 december

* Schrijfopdracht inleveren maandag 20 december
   (je mag hier aan werken tijdens de lessen)

* Boekopdracht inleveren donderdag 23 december

Slide 3 - Slide

Voorbereiden
  1. Bepaal het schrijfdoel, waarom schrijf je?
  2. Bepaal je publiek, voor wie schrijf je?
  3. Bedenk het onderwerp en de hoofdgedachte, wat schrijf je?
  4. Kies de tekstsoort, hoe schrijf je?

Gewoon beginnen / internet / discussiëren / brainstormen / mindmap maken / bestaande structuur gebruiken / 5xW+H-methode (wie, wat waar, wanneer, waarom en hoe)

Slide 4 - Slide

Tekstdoelen en tekstsoorten

Slide 5 - Slide

Taalgebruik
Een schrijver stemt zijn 
tekst met zijn taalgebruik
en toon af op zijn publiek. 

Slide 6 - Slide

Taalverzorging

Slide 7 - Slide

Afspraken en regels schrijven
1. Schrijf in brieven en teksten woorden altijd volledig. Gebruik geen afkortingen.


2. Gebruik hoofdletters en leestekens. Een tekst waarin hoofdletters en leestekens zijn gebruikt, is namelijk makkelijker te lezen. De leestekens laten zien dat er een verband is tussen woorden en zinnen.

Achter een mededelende zin komt een punt, achter een vragende zin een vraagteken en achter een uitroep een uitroepteken. Met een uitroepende zin kun je verbazing, bewondering, woede of een gebod (bevel) aangeven.

Slide 8 - Slide

Maak Schrijven Blok 1 : opdracht 53 t/m 56

Aan de slag!
Aan de slag?
Aan de slag.

Slide 9 - Slide

Succes !

Slide 10 - Slide