What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhalingsles woordenschat en lezen H4-H5-H6
Goeiemorgen!
1 / 31
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
This lesson contains
31 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Goeiemorgen!
Slide 1 - Slide
Hoe was je ontbijt?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 2 - Poll
Door je mening te geven met argumenten probeer je iemand te ...
timer
0:30
A
informeren
B
overtuigen
C
instrueren
D
activeren
Slide 3 - Quiz
Tekstdoel?
timer
0:30
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren
Slide 4 - Quiz
Tekstdoel?
timer
0:30
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren
Slide 5 - Quiz
Welke vorm gebruik je om de betekenis op te zoeken in het woordenboek: omgegooid
A
omgooi
B
gooi om
C
omgooien
Slide 6 - Quiz
Welke vorm gebruik je om de betekenis op te zoeken in het woordenboek: sportfanaten
A
sportfanaat
B
sport
C
fanaat
D
sport + fanaat
Slide 7 - Quiz
Welke vorm gebruik je om de betekenis op te zoeken in het woordenboek: genees
A
genees
B
genezen
Slide 8 - Quiz
Welke vorm gebruik je om de betekenis op te zoeken in het woordenboek: informatieve
A
informatief
B
informatie
Slide 9 - Quiz
Welke tegenstelling wordt hier gegeven?
Op school gaat de tijd meestal traag, maar de vakantie gaat juist snel voorbij.
timer
0:30
A
school - vakantie
B
traag - snel
C
meestal - juist
D
traag - voorbij
Slide 10 - Quiz
Welke signaalwoorden geven een tegenstelling aan?
timer
0:30
A
en, ook, ten eerste, ten tweede
B
dus, hieruit blijkt, daarom
C
omdat, want, wegens
D
maar, echter, hoewel, daarentegen
Slide 11 - Quiz
Welke tegenstelling wordt hier gegeven?
Hoewel Huug op school heel ijverig is, is hij thuis juist lui.
timer
0:30
A
ijverig - lui
B
Huug - hij
C
op school - thuis
D
op school ijverig - thuis lui
Slide 12 - Quiz
Wat betekent 'riskant'?
A
gewoon, niet bijzonder
B
bijzonder
C
gevaarlijk
D
hardwerkend
Slide 13 - Quiz
Wat betekent 'irrealistisch'?
A
moeilijk
B
onwerkelijk
C
klein
D
meteen
Slide 14 - Quiz
Liza's moeder volgt een cursus Frans voor ... , want ze spreekt al vrij goed Frans.
A
imago's
B
welgestelden
C
gevorderden
D
obstakels
Slide 15 - Quiz
Waterleidingen laat mijn vader door de loodgieter aanleggen, want dat vindt hij te ... .
A
gering
B
riant
C
alledaags
D
complex
Slide 16 - Quiz
Welke vorm gebruik je om de betekenis op te zoeken in het woordenboek: gepubliceerd
A
publiceer
B
publiceerde
C
publiceren
Slide 17 - Quiz
Welke vorm gebruik je om de betekenis op te zoeken in het woordenboek: glutenallergie
A
gluten
B
allergie
C
gluten + allergie
Slide 18 - Quiz
Welke vorm gebruik je om de betekenis op te zoeken in het woordenboek: geslaagd
A
slagen
B
slaagde
C
slaag
Slide 19 - Quiz
Welke tegenstelling wordt hier gegeven?
Mirna houdt van outdooractiviteiten, Jos is echter liever binnen bezig.
timer
0:30
A
Mirna - Jos
B
houden - echter
C
outdooractiviteiten - binnen bezig
D
houden - bezig
Slide 20 - Quiz
Welke tegenstelling wordt hier gegeven?
Hardlopen is een goedkope sport. Paardrijden daarentegen is vrij prijzig.
timer
0:30
A
Hardlopen - paardrijen
B
is - daarentegen
C
goedkope - prijzig
Slide 21 - Quiz
Wat betekent 'alledaags'?
A
gewoon, niet bijzonder
B
bijzonder
C
gevaarlijk
D
hardwerkend
Slide 22 - Quiz
Wat betekent 'overstag gaan'?
A
elkaar niet kunnen uitstaan
B
na lang piekeren, nadenken
C
niet zeker weten
D
gemakkelijk overgehaald worden
Slide 23 - Quiz
Wat betekent 'ijverig'?
A
hardwerkend
B
langzaam
C
duur
D
groot
Slide 24 - Quiz
Wat betekent 'riant'?
A
hardwerkend
B
langzaam
C
duur
D
groot
Slide 25 - Quiz
Wat betekent 'als water en vuur zijn'?
A
elkaar niet kunnen uitstaan
B
na lang piekeren, nadenken
C
niet zeker weten
D
gemakkelijk overgehaald worden
Slide 26 - Quiz
Wat betekent 'gering'?
A
moeilijk
B
onwerkelijk
C
klein
D
meteen
Slide 27 - Quiz
De gemeente wil een ... zoals een bloembak op de weg zetten, zodat auto's daar minder snel rijden.
A
gevorderde
B
imago
C
obstakel
D
toename
Slide 28 - Quiz
Toen de film afgelopen was, ging ... het licht weer aan.
A
vroeg of laat
B
mentaal
C
ogenblikkelijk
D
alledaags
Slide 29 - Quiz
laatste quizvraag!
Welk woord past er niet bij?
timer
0:30
A
alledaags
B
gewoon
C
bijzonder
D
gebruikelijk
Slide 30 - Quiz
Wat vond je van deze quiz?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 31 - Poll
More lessons like this
Woordenschat H3 + H4
May 2022
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Tegenstellingen - 1MH - 11-02-2021
February 2021
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Proefles Woordbetekenissen raden, 0F
July 2018
- Lesson with
24 slides
by
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
MBO
Praktijkonderwijs
vmbo, mavo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
Proefles Woordbetekenissen raden, 0F
July 2018
- Lesson with
24 slides
by
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
Praktijkonderwijs
MBO
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
H4 Woordenschat -2
March 2022
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
210203_1H1_tegenstellingen
September 2021
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Woordenschat les 6 - De tegengestelde betekenis
March 2023
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Woordenschat H6 deel 1: Opzoeken in het woordenboek
April 2023
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1