Bijles Grieks 2C: naamvallen

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Herhaling naamvallen

Wat gaan we deze les doen?

1. Zelfstandige naamwoorden in het Grieks herhalen
2. Lidwoorden in het Grieks herhalen

Onderwerp en lijdend voorwerp

Hoe herken je ook alweer het onderwerp en lijdend voorwerp in het Grieks?

Naamvallen!

nominativus en accusativus

μαχαι

χωρας

οἰστοι

δουλος

δουλον

δουλους

μαχη

χωραν

nominativus 

accusativus 

Lidwoorden

Lidwoorden zijn een handig hulpmiddel

Aan een lidwoord kun je namelijk altijd zien in welke naamval een zelfstandig naamwoord staat!

ὁ

τον

αἱ

ἡ

τους

την

οἱ

τας

nominativus 

accusativus 

Welke naamval?
τὸν ἥρωα

1. nominativus
2. accusativus

Welke naamval?
ὁ λέων

1. nominativus
2. accusativus

Welke naamval?
τὸν δεσπότην

1. nominativus
2. accusativus

Welk zinsdeel staat in de accusativus?
Ὁ Ἡρακλῆς τον οἰστον φέρει.

1. Ὁ Ἡρακλῆς
2. τον οἰστον
3. φέρει

Welk zinsdeel staat in de accusativus?
Τὴν δοράν πείρουσι οἱ οἰστοὶ.

1. Τὴν δοράν
2. πείρουσι
3. οἱ οἰστοὶ

Nog één rijtje... onzijdig

Wat is opvallend aan het onzijdige rijtje?

Welk zinsdeel is het onderwerp?
Ὁ δουλος φερει το θηριον.

1. Ὁ δουλος
2. φερει
3. το θηριον

Welk zinsdeel is het onderwerp?
Τον δουλον φερει το θηριον.

1. Τον δουλον
2. φερει
3. το θηριον

Welk zinsdeel is het onderwerp?
Το θηριον φευγει τον δεσποτην.

1. Το θηριον
2. φευγει
3. τον δεσποτην

Onthoud:

1. Zelfstandige naamwoorden staan altijd in een naamval
2. Een lidwoord in het Grieks is een hulpmiddel om de naamval te bepalen
3. Bij onzijdige woorden is de naamval soms lastig te bepalen: kijk dus goed in welke naamval de andere woorden staan!