Tegenwoordige tijd & Franse woorden

Tegenwoordige tijd

1 / 31

Slide 1: Slide

SpellingBasisschoolGroep 6,7

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Lesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Tegenwoordige tijd

Slide 1 - Slide

Wat is de tegenwoordige tijd?

De tegenwoordige tijd is iets wat NU of in de toekomst gebeurt.

Bijvoorbeeld:

Ik werk in de haven.

Jij fietst naar school.

We gooien de bal zo hard mogelijk.

De leerlingen luisteren naar de juf.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Zet de persoonsvormen in de tegenwoordige tijd!

Gebruik de denkstappenkaart!

Op Google denkstappenkaart Taal Actief

Slide 5 - Slide

Joris ... (hebben) kaartjes gemaakt.

Slide 6 - Open question

William ... (kunnen) netjes schrijven.

Slide 7 - Open question

Lotte ... (houden) van lezen.

Slide 8 - Open question

Ik ... (vinden) lezen ook leuk.

Slide 9 - Open question

Quincy ... (spellen) de woorden in het dictee bijna allemaal goed.

Slide 10 - Open question

Maartje ... (vieren) haar verjaardag vandaag.

Slide 11 - Open question

Peter ... (geven) het huiswerk door aan Anke.

Slide 12 - Open question

Elisa ... (spelen) graag in het bos.

Slide 13 - Open question

Iris ... (schrijven) lange brieven.

Slide 14 - Open question

Soms ... (vergeten) iemand zijn of haar boeken.

Slide 15 - Open question

Je krijgt zometeen een paar Franse woorden.

In de eerste sheet zie je het woord, kijk hier goed naar! Daarna typ je hem na.

Slide 16 - Slide

bureau

Slide 17 - Slide

...

Slide 18 - Open question

blouse

Slide 19 - Slide

...

Slide 20 - Open question

retour

Slide 21 - Slide

...

Slide 22 - Open question

cadeau

Slide 23 - Slide

...

Slide 24 - Open question

circulaire

Slide 25 - Slide

...

Slide 26 - Open question

tour

Slide 27 - Slide

...

Slide 28 - Open question

niveau

Slide 29 - Slide

...

Slide 30 - Open question

Bedankt voor je inzet!

Slide 31 - Slide