Herschrijven schrijfopdracht leerjaar 1

Laptop, pen en schriftje op tafel
Open jouw 1e versie in WORD
Open Lessonup.app
                                         Welkom!
              Voordat de les is begonnen, heb jij:
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Laptop, pen en schriftje op tafel
Open jouw 1e versie in WORD
Open Lessonup.app
                                         Welkom!
              Voordat de les is begonnen, heb jij:

Slide 1 - Slide

:
  1. Goede spelling
  2. Goede inhoud
  3. Goede opbouw
  4. Goede toon
  5. Goede zinnen
  6. Goede lay-out (opmaak, hoe de tekst eruit ziet?
        De 6 kenmerken van een goede tekst
        Deze les werken we aan:  

Slide 2 - Slide

Wat is waar?

1. '' her-'' betekent ''opnieuw'' (HERinrichting)
2. ''on'' betekent ''niet'' (ONaardig)
A
1 = waar 2 = niet waar
B
1 = waar 2 = waar
C
1 = niet waar 2 = niet waar
D
1 = niet waar 2 = waar

Slide 3 - Quiz

  1. Herschrijven inleiding  (5 minuten)
  2. Herschrijven slot (5 minuten)
  3. Herschrijven gebeurtenis 1. (7 min)
  4. Opbouw controleren
  5. Naam in jouw WORD document zetten.

Wat gaan we vandaag doen?

Slide 4 - Slide

BEOORDELINGSFORMULIER


Wat vind je op het beoordelingsformulier?

Slide 5 - Slide

  1. Schrijf helemaal bovenaan in jouw document het volgende: jouw voornaam en achternaam + jouw klas.
  2. Daarna schrijf je op: schrijven 1, versie 2
  3. Schrijf achter jouw naam: het aantal woorden dat je hebt geschreven. 
Zie de volgende slide voor een voorbeeld hoe het eruit moet zien. 
Open jouw VERSIE 1 in Word en doe het volgende:

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Herschijven per onderdeel

Slide 8 - Slide

Je hebt de lezer nieuwsgierig gemaakt in jouw inleiding
Jij hebt opgeschreven waarom je dit gaat schrijven.
Je hebt aan begin van elke zin een hoofletter gebruikt. 
Je hebt  een punt aan het einde van elke zin gebruikt.
Je hebt een witregel na de titel 
Jij hebt verteld wat je gaat schrijven.
       Herschrijven INLEIDING  (5 min, in stilte)
Controleer of jij alle punten in jouw inleiding hebt verwerkt
timer
5:00

Slide 9 - Slide

Jij hebt geen nieuwe informatie meer gegeven.
Je hebt een witregel na gebeurtenis 3
Je hebt aan begin van elke zin een hoofletter gebruikt. 
Je hebt  een punt aan het einde van elke zin gebruikt.
Het is interessant om te lezen 
Je hebt een korte samenvatting gegeven.
       Herschrijven SLOT  (5 min, in stilte)
             Heb jij alle punten in gebeurtenis 1 staan?
timer
5:00

Slide 10 - Slide

Jij hebt alle WH- vragen in jouw tekst verwerkt.
Je hebt een witregel na gebeurtenis 3
Je hebt aan begin van elke zin een hoofletter gebruikt. 
Je hebt  een punt aan het einde van elke zin gebruikt.
Het is interessant om te lezen 
Je hebt 1 gebeurtenis uitgebreid beschreven.
       Herschrijven gebeurtenis 1 (5 min, in stilte)
        Controleer of jij alles in gebeurtenis 1 hebt staan:
timer
5:00

Slide 11 - Slide

  1. Herschrijven inleiding  (5 minuten)
  2. Herschrijven slot (5 minuten)
  3. Herschrijven gebeurtenis 1. (7 min)
  4. Opbouw controleren
  5. Naam in jouw WORD document zetten. 
  6. Hoe ging het?

Wat gaan we vandaag doen?

Slide 12 - Slide

Wanneer moet je jouw definitieve versie inleveren (voor een cijfer)?

Slide 13 - Open question

Wat voor cijfer denk jij te krijgen voor jouw opdracht?

Slide 14 - Open question

Heb jij nog tips of tops voor mij?

Slide 15 - Open question

Waar moet je jouw eindopdracht inleveren?

Slide 16 - Open question

Hoe vaak telt de schrijfopdracht mee?

Slide 17 - Open question

Je kunt de schrijfopdracht herkansen
A
JA
B
NEE

Slide 18 - Quiz

Pak je agenda!
Controleer jouw hele tekst op alle punten van het beoordelingsformulier + opdracht. 

Beoordelingformulier +eindopdracht: staan in Magister EN in Teams bestanden.

Slide 19 - Slide

Opruimen
  1. Schuif je stoel aan
  2. Kijk om je heen: liggen er nog dingen op de grond/ tafel? 
  3.  Ja? Ruim het ajb. even op of gooi het in de prullenbak. 
  4. Ga achter je stoel staan. Je wacht op mijn teken zodra je weg mag. 

Slide 20 - Slide

Fijne dag!

Slide 21 - Slide