6B: Theme Words p. 110-113
Wat:
Exercise 10: schrijf de namen van de feestdagen op in het Engels.
Exercise 11: schrijf de Nederlandse vertalingen op.
Exercise 13: vul de Theme Words in de zinnen in.
Exercise 14: schrijf de Nederlandse vertalingen op.
Exercise 16: vul de Theme Words in het gesprek in.
Exercise 18a: lees de strategie
Exercise 50, p.135: schrijf de Nederlandse vertalingen op.
Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.
Uitkomst: we gaan de antwoorden een komende les nakijken.