This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Meertaligheid bij het jonge kind
Slide 1 - Slide
Petra Renema
SFBO
Kennissintrum meartaligens
jonge bern
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Slide 4 - Video
Vanaf jonge leeftijd is er
al behoefte aan een dialoog
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Slide 7 - Video
Slide 8 - Video
Wanneer ben je meertalig?
Slide 9 - Slide
Wat voor voordeel heb je als je meertalig bent?
Slide 10 - Slide
Voordelen als je meertalig bent
Taalkundig
Sociaal-emotioneel en maatschappelijk
Cognitief
Slide 11 - Slide
Stellingen en beweringen
Geef blauw; als je denkt dat het waar is of als je het ermee eens bent
Geef rood; als je denkt dat het niet waar is of als je het ermee oneens bent
Slide 12 - Slide
Stelling 1
Als je wilt dat een Friestalig kind goed Nederlands leert spreken, kun je het beste ouders adviseren zoveel mogelijk Nederlands tegen hun kind te spreken.
Slide 13 - Slide
Stelling 2
Het is belangrijker dat het kind het Nederlands goed leert, dan dat het de eigen moedertaal (bijv. het Frysk of Arabisch) kan spreken
Slide 14 - Slide
Stelling 3
Voor de taalontwikkeling van een kind is alleen praten met een kind voldoende
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Wat is het voordeel van meertaligheid
Slide 17 - Mind map
Slide 18 - Video
Slide 19 - Video
Hoe zou je een kind dat taalfouten maakt kunnen corrigeren?
Slide 20 - Open question
Slide 21 - Video
Slide 22 - Slide
Moet je taalfouten bij jonge kinderen corrigeren?
A
Ja, meteen zeggen dat het fout is
B
Nee, dat komt later wel
C
Ja, door (positief)te herhalen in de juiste zinsopbouw
D
Vooral niet op reageren
Slide 23 - Quiz
Hoe kun je als volwassene verschillende talen aanbieden aan kinderen
Slide 24 - Open question
Slide 25 - Video
Bedenk een activiteit waarbij je de taalontwikkeling stimuleert
Slide 26 - Slide
Geef aan met welke activiteit je de taalontwikkeling stimuleert
Slide 27 - Mind map
In welke situatie zullen kinderen die tweetalig opgroeien de meeste kans hebben om de talen goed te leren
A
Wanneer beide ouders twee talen door elkaar spreken .
B
Wanneer beide ouders consequent hun eigen taal tegen het kind spreken.
Slide 28 - Quiz
Taalbeleid
Consequent gebruik van beide talen
Taalrijke omgeving
Pedagogisch taalklimaat
Volgen van de (taal)ontwikkeling - kindvolgsysteem