Hoofdletters en Leestekens

Oefenen met komma's en hoofdletters  
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefenen met komma's en hoofdletters  

Slide 1 - Slide

In welke zin staat de komma / staan de komma's op de juiste plek?
A
Ik ben te laat omdat, ik me verslapen heb.
B
Ik lust graag ijs, chocola, chips, en taart.
C
Als ik tennis, voetbalt mijn broertje.
D
Peter wil jij de afwas doen?

Slide 2 - Quiz

Wanneer gebruik je géén komma?
A
Anne, geef mij eens een nieuwe pen.
B
We kopen eerst fruit, en daarna pas snoep.
C
Dieter is gek op pizza, want hij komt uit Italië.
D
Als jij opschiet, zijn we nog op tijd.

Slide 3 - Quiz

Ik heb jarenlang kunnen, genieten van spaghetti.


Het kommagebruik in deze zin is
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Goed of fout?
We gaan vroeg weg, omdat we niet te laat willen komen.
A
Goed
B
Fout

Slide 5 - Quiz

Welke zin is onjuist?
A
Nederland, dat aan de Noordzee ligt, heeft geen bergen.
B
Wie vandaag bestelt, krijgt 10% korting.
C
Mijn, oma, tante en oom waren op mijn verjaardag.
D
Automobilisten die te hard rijden, worden bekeurd.

Slide 6 - Quiz

In welke zin staan de komma's op de juiste plek?
A
Als ik naar school ga, neem ik mee: pennen, schriften en boeken.
B
Als ik naar school ga neem ik mee: pennen, schriften, en boeken.
C
Als ik naar school ga, neem ik mee: pennen, schriften en boeken.
D
Als ik naar school ga, neem ik mee: pennen, schriften en boeken.

Slide 7 - Quiz

In welke aanhef staat de komma op de juiste plaats?
A
Geachte, meneer/ mevrouw
B
Geachte meneer/mevrouw,
C
Geachte meneer, mevrouw
D
Geachte meneer/mevrouw

Slide 8 - Quiz

Komma gebruik en iemand aanspreken:
Welke zin is juist?
A
Mirthe, wil je ook iets drinken?
B
Mirthe wil je ook iets drinken?

Slide 9 - Quiz

Met of zonder hoofdletters?
A
wereldstad
B
Wereldstad

Slide 10 - Quiz

Hoofdletters

Slide 11 - Slide

Hoofdletters
A
Kerstmis
B
kerstmis

Slide 12 - Quiz

Wat heeft geen hoofdletter?
A
Engels
B
Amsterdamse
C
Noorden
D
Peugeot

Slide 13 - Quiz

Met of zonder hoofdletters?
A
Offerfeest
B
offerfeest

Slide 14 - Quiz

Met of zonder hoofdletters?
A
mavo
B
MAVO

Slide 15 - Quiz

Met of zonder hoofdletters?
A
Gucci
B
gucci

Slide 16 - Quiz

Hoofdletter of niet?
A
titanic
B
Titanic

Slide 17 - Quiz

Hoofdletter of niet?
A
btw
B
BTW

Slide 18 - Quiz

Een hoofdletter of niet?
A
's middags kregen we bezoek.
B
'S middags kregen we bezoek.
C
's Middags kregen we bezoek.

Slide 19 - Quiz

Met of zonder hoofdletter?
A
December
B
december

Slide 20 - Quiz