Herhaling 2H H4 + H5

Herhaling H4 + H5
Tijd van burgers en stoommachines 
H4 P3,4 & H5 P1,2,4 
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Herhaling H4 + H5
Tijd van burgers en stoommachines 
H4 P3,4 & H5 P1,2,4 

Slide 1 - Slide

Op het congres van Wenen in 1815 werd ...
A
Afrika verdeeld onder belangrijke westerse mogendheden.
B
Nederland samengevoegd met de Zuidelijke Nederlanden.
C
België onafhankelijk verklaard van Nederland
D
De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden gesticht

Slide 2 - Quiz

Wat was geen doel van het congres van Wenen?
A
Machtsevenwicht herstellen
B
Vorsten komen terug
C
Kiesrecht behouden
D
Grenzen verleggen

Slide 3 - Quiz

Geef 2 oorzaken voor de Belgische opstand?

Slide 4 - Open question

Noem nog twee afspraken die gemaakt zijn op het Congres van Wenen?

Slide 5 - Open question

Waarom mocht Thorbecke in 1848 een grondwet schrijven van Willem II?

Slide 6 - Open question

Wat veranderde er door de grondwet van 1848?
A
Nederland werd een parlementaire democratie
B
De koning zijn werd macht kleiner
C
De ministers regeerden samen met het Parlement
D
De koning kon nu oorlog voeren met andere landen

Slide 7 - Quiz

Zorgde de grondwet van 1848 voor een democratie in Nederland?

Slide 8 - Open question

wat is een vakbond?
A
een groep arbeiders die durven te demonstreren tegen fabriek directeuren
B
een vereniging die opkomt voor de belangen van arbeiders
C
een kunststroming die arbeiders schildert
D
een organisatie die opkomt voor de belangen van de boeren aan het begin van de 19e eeuw

Slide 9 - Quiz

wat zijn liberalen
A
zij vonden dat iedereen gelijk was en dat de overheid meer moest doen voor de arbeiders
B
zij wilden dat de overheid zich zo minmogelijk bemoeiden met de samenleving
C
dit waren katholieken en protestanten

Slide 10 - Quiz

wat zijn socialisten
A
zij vonden dat iedereen gelijk was en dat de overheid meer moest doen voor de arbeiders
B
zij wilden dat de overheid zich zo minmogelijk bemoeiden met de samenleving
C
dit waren katholieken en protestanten

Slide 11 - Quiz

wat zijn confessionelen
A
zij vonden dat iedereen gelijk was en dat de overheid meer moest doen voor de arbeiders
B
zij wilden dat de overheid zich zo minmogelijk bemoeiden met de samenleving
C
dit waren katholieken en protestanten

Slide 12 - Quiz

Nationalisme is:
A
Samenwerking tussen verschillende landen
B
Trots zijn op het leger van je eigen land
C
Een grote liefde voor je eigen volk en land
D
Hetzelfde als racisme

Slide 13 - Quiz

Wat is een voorbeeld van nationalisme?
A
Een Fransman gaat op vakantie naar Nederland.
B
Een Nederlander gaat op vakantie naar Texel.
C
Een Duitser viert feest na een Duits doelpunt met voetbal.
D
Een Italiaan eet pizza.

Slide 14 - Quiz

wat is imperialisme?
A
gebieden veroveren om machtig te worden
B
handel drijven met andere landen
C
ontdekkingsreizen maken om nieuwe landen te vinden
D
in eigen land blijven om oorlog te vermijden

Slide 15 - Quiz

Geef twee motieven om aan modern imperialisme te doen

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Welke twee gevolgen had het modern imperialisme?
A
Meer kolonies en meer slavernij
B
Minder grondstoffen waren beschikbaar
C
Toename van spanningen tussen landen en racisme
D
De handel en het kapitaal verplaatste naar de kolonien

Slide 19 - Quiz