H6.1 voeding op maat les 1

 Voedselonderzoek
H6.1: Voeding op maat
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

 Voedselonderzoek
H6.1: Voeding op maat

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom

  • toets H4, cijfers volgende week in Magister
  • Opzet lessen H6
  • uitleg H6.1 voedingsstoffen
  • huiswerk volgende les

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

lesdoel
  • weten welke voedingsstoffen er zijn
  • weten wat de functie is van de voedingsstoffen
  • weten hoe de voedingsstoffen er scheikundig uitzien

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Koolhydraten
monosachariden 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Maltose 

Slide 6 - Slide

glucose en glucose 
sacharose

Slide 7 - Slide

glucose en fructose
Vezels
Vezels
  • Goed voor spijsvertering en geeft "vol gevoel"
  • Groente, fruit(schil), volkorenbrood, peulvruchten
  • Koolhydraten die niet worden afgebroken in het lichaam = onverteerbaar
  • Voorbeeld: cellulose lijkt op zetmeel, maar kan niet worden afgebroken

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Zuur
De vetzuren heten zuren, omdat ze van een zuurgroep zijn voorzien in het molecuul: de 2 zuurstofatomen, met het koolstofatoom waar ze aan vast zitten. 
Dit wordt ook wel een carbonzuur genoemd.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Eiwitten
Eiwitten
  • Bouwstenen van je lichaam
  • Vlees, melk, vis, ei, noten, peulvruchten (bonen & erwten), granen
  • Opgebouwd uit aminozuren

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Eiwitten
Aminozuren:
  • Bestaan uit C, O, H, N en soms S-atomen
  • Er zijn 20 verschillende aminozuren
  • 12 daarvan kan je lichaam zelf maken
  • De andere 8 haal je uit voeding = essentiële aminozuren
glycine
cysteïne

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Enzymen
  • Eiwitten die helpen chemische reacties in je lichaam sneller te laten verlopen
  • Bio-katalysator
  • Bijvoorbeeld het enzym dat zetmeel afbreekt tot glucose

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Vitamines en mineralen
Van vitamines en mineralen heb je niet zoveel nodig. 
Heb je ze niet, word je wel ziek! 
vitamines: A, B, C, D, E en K
Mineralen: bv Ca voor je botten (melk) en Fe voor het vervoeren van zuurstof in je bloed (spinazie)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

lesdoel gehaald?
  • weten welke voedingsstoffen er zijn
  • weten wat de functie is van de voedingsstoffen
  • weten hoe de voedingsstoffen er scheikundig uitzien

Slide 15 - Slide

This item has no instructions