Organen zijn delen van je lichaam met een bepaalde taak.
bijv. botten zorgen voor stevigheid, spieren laten je lichaam bewegen, je hart pompt bloed rond.
Organen die samenwerken vormen een orgaanstelsel.
bijv. spierstelsel, ademhalingsstelsel, bloedvatenstelsel, verteringsstelsel en het bottenstelsel.
Om te kunnen bewegen heeft je lichaam glucose en zuurstof nodig.
> via het verteringsstelsel, het ademhalingsstelsel en het bloedvatenstelsel komt het bij de spieren.