What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Periode 2 - les 4-niveau 2
Periode 2 - les 4-niveau 2
Werkwoordspelling gecombineerd
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Periode 2 - les 4-niveau 2
Werkwoordspelling gecombineerd
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
Ophalen kennis: wat weet je nog? 5-10 min
Herhaling verschillende tijden werkwoordspelling( 5 min)
Oefenen met verschillende zinnen klassikaal(10 min)
Aan het werk met de opdrachten online(25 min)
Slide 2 - Slide
Doelen van deze les
Aan het einde van deze les kun je:
herkennen in welke tijd verschillende zinnen staan en daar de juiste werkwoordsvorm op aanpassen.
de werkwoorden in de verschillende tijden op de juiste manier gebruiken en schrijven.
Slide 3 - Slide
3 tijden bij werkwoordspelling
Tegenwoordige tijd
Verleden tijd
Voltooide tijd (voltooid deelwoord)
Slide 4 - Slide
Wat weet je nog te benoemen over de tegenwoordige tijd? (denk aan regels, kenmerken, enz.)
Slide 5 - Open question
Wat weet je nog te benoemen over de verleden tijd? (denk aan regels, kenmerken, enz.)
Slide 6 - Open question
Wat weet je nog te benoemen over de voltooide tijd? (denk aan regels, kenmerken, enz.)
Slide 7 - Open question
Herkennen van de tijd
Gebruik de tegenwoordige tijd, tenzij uit de zin blijkt dat je de verleden tijd of het voltooide deelwoord moet gebruiken.
Verleden tijd herken je aan woorden als:
vroeger, gisteren, eerder, vorige week, toen, enz.
Bij de voltooide tijd heeft een zin een hulpwerkwoord (
vorm van hebben, zijn, worden
) Het woord start vaak met ge/be/ver/ont enz.
Slide 8 - Slide
Werkwoord als bijvoeglijk naamwoord
Let op!
Soms kan een werkwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt worden. Schrijf deze dan zo kort mogelijk op.
Bijvoorbeeld:
Het
huilende
kind was verdwaald.
Slide 9 - Slide
Wat weet je over de persoonsvorm?
Slide 10 - Open question
Persoonsvorm
De persoonsvorm is altijd een werkwoord.
Je kunt de persoonsvorm vinden door een zin vragend te maken. Het werkwoord dat vooraan komt te staan, is de persoonsvorm.
Hij
heeft
nog niet betaald.
Heeft
hij nog niet betaald?
Slide 11 - Slide
Welke vorm van het werkwoord gebruik je in de volgende zin?
Hij (reageren)....... nooit zo snel.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooid deelwoord
Slide 12 - Quiz
Welke vorm van het werkwoord gebruik je in de volgende zin?
De schaatser (beschamen)..... zijn land niet, maar zette alles op alles om te winnen.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooid deelwoord
Slide 13 - Quiz
Welke vorm van het werkwoord gebruik je in de volgende zin?
(Zijn)....... dat de buurvrouw of haar tweelingzus?
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooid deelwoord
Slide 14 - Quiz
Waar is het werkwoord goed gespeld?
Hij (reageren)....... nooit zo snel.
A
reageer
B
reageerde
C
reageerdt
D
reageert
Slide 15 - Quiz
Waar is het werkwoord goed gespeld?
De schaatser (beschamen)..... zijn land niet, maar zette alles op alles om te winnen.
A
beschaamdt
B
beschaamde
C
beschaamd
D
beschaamdde
Slide 16 - Quiz
Waar is het werkwoord goed gespeld?
(Zijn)....... dat de buurvrouw of haar tweelingzus?
A
Is
B
Was
C
is
D
was
Slide 17 - Quiz
Waar is het werkwoord goed gespeld?
Hij heeft de wedstrijd (winnen)..........
A
gewind
B
gewonnen
C
gewint
Slide 18 - Quiz
Waar is het werkwoord goed gespeld?
Janneke (bidden)....... altijd voor het slapengaan.
A
bid
B
bidt
C
bidde
D
bad
Slide 19 - Quiz
Waar is het werkwoord goed gespeld?
Toen ze net verkering hadden, (wachten)........ hij nog wel eens op haar.
A
wacht
B
wachtte
C
wachte
Slide 20 - Quiz
Hoe ver ben je met de opdrachten?
Ik heb de instaptoets nog niet gemaakt of nog niet af.
Ik heb t/m lesweek 2 af.
Ik heb t/m lesweek 3 af.
Ik heb t/m lesweek 4 af.
Slide 21 - Poll
Opdrachten deze week
2F | taalverzorging | werkwoordspelling | werkwoordspelling gecombineerd | opdracht 1 en 2
Slide 22 - Slide
More lessons like this
Periode 1 - les 3-werkwoordspelling gecombineerd-niveau 2
September 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Periode 1 - les 4-werkwoordspelling gecombineerd-niveau 2
September 2024
- Lesson with
18 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Periode 2 - les 4-1D
January 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Periode 1 - les 3-werkwoordspelling gecombineerd
September 2024
- Lesson with
18 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Periode 2 - les 4
December 2023
- Lesson with
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Periode 2 - les 4
December 2023
- Lesson with
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Zaterdag 18 mei 2024 - herhaling spelling en werkwoordspelling
May 2024
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Secondary Education
Slimmer Schrijven: Pas de persoonsvorm aan!
April 2023
- Lesson with
15 slides