This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Herhaling toets booking office theorie
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Zijn er vragen ?
Slide 3 - Slide
Wat is een voorbeeld van een indirecte boeking?
A
via de mail
B
via booking.com
C
via de website van het hotel
D
via de telefoon
Slide 4 - Quiz
Geef een voorbeeld van een directe boeking van een leisure gast.
timer
0:30
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Slide
uit welke 3 verschillende groepen bestaan groepsreserveringen?
timer
1:00
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Waar staat de C voor in de afkorting MICE
A
Conventions
B
congressen
C
comite
D
confidential
Slide 9 - Quiz
MICE boekingen zijn
timer
0:10
Leisure boekingen
corporate boekingen
Slide 10 - Poll
Wat is de distributiemix van een hotel?
timer
1:00
Slide 11 - Open question
Een voorbeeld van een boekingskanaal is een telefoon
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quiz
Als een bedrijf iedere laatste maandag van de maand 10 kamers reserveert in een hotel noemen we dit een:
A
Blockboeking
B
Allotment boeking
C
Repeat booeking
D
Reverse boeking
Slide 13 - Quiz
leg uit: waarom is een hotelkamer een bederfelijk product?
timer
1:00
Slide 14 - Open question
De directeur van Shell maakt een hotelreservering omdat hij in de stad een vergadering heeft. Dit is een:
A
Corporate individual
B
Corporate group
C
Leisure individual
D
Leisure group
Slide 15 - Quiz
De afkorting OTA staat voor:
timer
0:30
Slide 16 - Open question
Wat zijn de voordelen van het gebruik van een OTA?
timer
1:00
Slide 17 - Open question
Je boekt een kamer voor een collega die op last van het hotel blijft overnachten. In opera boek je een
A
Crew rate
B
Complimentary Rate
C
House Use Rate
Slide 18 - Quiz
BAR staat voor:
A
BAR in het hotel
B
Best Available Rate
C
Best Attractive Rate
D
Best Available Room
Slide 19 - Quiz
Een tour operator heeft een kamer geboekt, welke rate code boek je in in Opera?
A
Rack Rate
B
Corporate Rate
C
Confidential Rate
Slide 20 - Quiz
Wat voor bedtype is deze kamer?
timer
0:20
Slide 21 - Open question
De meest standaard kamer in een hotel noemen we een
A
Deluxe room
B
Basic room
C
Suite room
D
Superior room
Slide 22 - Quiz
Als een corporate gast een kamer reserveert, dan adviseren wij hem minimaal een
A
Superior room
B
Executive room
C
Presidental suite
D
Bridal suite
Slide 23 - Quiz
Aanvraag: Een gast wenst alleen een overnachting, hoe noem je dit?
A
LG
B
LO
C
HP
D
AI
Slide 24 - Quiz
Aanvraag: familie met 2 volwassenen en 2 kinderen, wat voor kamer type adviseer je? Leg uit.
timer
1:00
Slide 25 - Open question
Een gast heeft een standaard kamer geboekt. bij de check in vertel je dat voor 50 euro extra een kamer met zeezicht geboekt kan worden. Deze vorm van verkoop noemen we:
A
Upselling
B
Crosselling
Slide 26 - Quiz
Geef een voorbeeld van cross selling
timer
0:30
Slide 27 - Open question
Een continental breakfast bestaat uit
timer
0:30
Slide 28 - Open question
De gast wil een kaasplankje op zijn kamer. In Opera zetten we dit in een:
A
Profile Note
B
Alert
C
Trace
D
Nergens
Slide 29 - Quiz
Je wil de gast bij check in vragen of hij lid wil worden van het loyaliteitsprogramma. In Opera zetten we dit in een:
A
Profile note
B
Alert
C
Trace
D
Nergens
Slide 30 - Quiz
De gast heeft een notenallergie In Opera zetten we dit in een:
A
Profile Note
B
Alert
C
Trace
D
Nergens
Slide 31 - Quiz
Huiswerk
Maak een toets met minimaal 3 open en 3 meerkeuze vragen over hst 8 en 10. Hang deze in teams.