6.1.3.

Blok 6 - Week 1 - Les 3
Dictee
Herhaling: woordsoorten / zinsdelen
Uitleg: Blz. 22


1 / 17
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 8

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Blok 6 - Week 1 - Les 3
Dictee
Herhaling: woordsoorten / zinsdelen
Uitleg: Blz. 22


Slide 1 - Slide

Woord 1

Slide 2 - Open question

Woord 2

Slide 3 - Open question

Woord 3

Slide 4 - Open question

Zin 1

Slide 5 - Open question

Zin 2

Slide 6 - Open question

Zin 3

Slide 7 - Open question

'jeroen heeft vanmorgen op school de kinderen in onze klas een les over nieuw-zeeland gegeven.'
hoofdletters
A
jeroen
B
jeroen, nieuw
C
nieuw, zeeland
D
jeroem, nieuw, zeeland

Slide 8 - Quiz

'Jeroen heeft vanmorgen op school de kinderen in onze klas een les over Nieuw-Zeeland gegeven.'
bepaling van tijd
A
vanmorgen
B
Nieuw-Zeeland
C
in onze klas
D
Jeroen

Slide 9 - Quiz

'Jeroen heeft vanmorgen op school de kinderen in onze klas een les over Nieuw-Zeeland gegeven.'
bezittelijk vnw.
A
Jeroen
B
op school
C
over
D
onze

Slide 10 - Quiz

'Jeroen heeft vanmorgen op school de kinderen in onze klas een les over Nieuw-Zeeland gegeven.'
lijdend voorwerp
A
Jeroen
B
op school
C
een les over Nieuw-Zeeland
D
gegeven

Slide 11 - Quiz

'Jeroen heeft vanmorgen op school de kinderen in onze klas een les over Nieuw-Zeeland gegeven.'
meewerkend voorwerp
A
vanmorgen
B
de kinderen in onze klas
C
een les over Nieuw-Zeeland
D
gegeven

Slide 12 - Quiz

'Jeroen vraagt: 'Mandy, weet jij al wat de officiële taal van Nieuw-Zeeland is?'
bijv. nw.
A
vraagt
B
officiële
C
taal
D
Nieuw-Zeeland

Slide 13 - Quiz

'Jeroen vraagt: 'Mandy, weet jij al wat de officiële taal van Nieuw-Zeeland is?'
voorzetsel
A
al
B
taal
C
van
D
is

Slide 14 - Quiz

'Engels is ook de eerste taal van 'Engels is ook de eerste taal van Australië, Ierland en Groot-Brittannië, zegt Jeroen.'
rangtelwoord

Slide 15 - Open question

'Engels is ook de eerste taal van Australië, Ierland en Groot-Brittannië, zegt Jeroen.'
voorzetsel

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Link