(optionele slide)
Maar we kennen haber ook als hulpwerkwoord (zijn/hebben) bij de presente perfecto:
he, has, ha, hemos, habéis, han + voltooid deelwoord
Voorbeeld:
Antonio ha comprado un regalo para su madre (hij heeft een cadeau voor zijn moeder gekocht)
Er is een verleden tijd die uitdrukt dat toen iets in het verleden plaatsvond, er al iets anders aan vooraf was gegaan. Deze tijd noemen we de Pluscuamperfecto.
Voorbeeld: Cuando hablé con Antonio, ya había comprado un regalo para su madre
Bij deze verleden tijd zien we dus het hulp werkwoord in de imperfecto: había,habías, había, etc