Bediening = de klant wordt altijd geholpen. Zonder hulp, kan de klant niks kopen. Voorbeeld: bij de bakker of slager.
Zelfbediening = de klant kan zelf de producten pakken. Voorbeeld: bij de supermarkt.
Semi-zelfbediening = zelfbediening is mogelijk, maar er zijn ook verkopers voor hulp en advies. Voorbeeld: bij een sportwinkel.