16/09 Taalverzorging H2 Paragraaf 3 Hoofdletters en leestekens

2C Nederlands
16 september
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2C Nederlands
16 september

Slide 1 - Slide

Planning
  • Nakijken
  • Uitleg hoofdletters en leestekens
  • Aan de slag 

Slide 2 - Slide

Nakijken
opdracht 4 en 5 blz. 59

Slide 3 - Slide

Hoofdletters en leestekens
Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt, een vraagteken (als het een vraag is) of een uitroepteken (als het een zin met veel nadruk is).

Slide 4 - Slide

Hoofdletters
Aan het begin van de zin

De uitzending begint om acht uur.

Slide 5 - Slide

Hoofdletters
Als de zin met 's begint, verschuift de hoofdletter.

's Morgens ben ik vrolijk.
's Middags ga ik naar huis.

Slide 6 - Slide

Hoofdletters
Bij namen

Jan Wouters
Coolsingel
Breda
Ajax
Pasen

Slide 7 - Slide

Hoofdletters
Bij woorden die van namen zijn gemaakt.

Noord-Brabantse 
Marokkaanse

Slide 8 - Slide

Hoofdletters
Let op: namen van dagen, maanden, seizoenen en windstreken krijgen GEEN hoofdletter.

donderdag, maart, winter, oosten

Slide 9 - Slide

Komma's
In een zin met twee persoonsvormen naast elkaar

Als jij de hond uitlaat, zet ik thee.
Terwijl ik liep, viel ik achterover.

Slide 10 - Slide

Komma's
Voor voegwoorden zoals:
omdat, maar, terwijl, zodat, nadat, toen, want, voordat

Let op: bij het voegwoord en gebruik je geen komma.

- Ik wil graag naar Noorwegen op vakantie, omdat daar fjorden zijn.
- De hond rent naar buiten en springt in de sloot.

Slide 11 - Slide

Komma's
Tussen de delen van een opsomming
(behalve voor het woord en)

- Ik kocht nieuwe schoenen, een pet, een trui en drie paar sokken.

Slide 12 - Slide

Aan de slag
We bespreken de opdrachten, zodat je weet wat de bedoeling is.

Daarna zelf maken opdracht 1 t/m 6
bladzijde 60

Slide 13 - Slide