mic op mute , alleen aan wanneer er een vraag wordt gesteld
1 / 53
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1
This lesson contains 53 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Regels
geen reactie : afwezig melding
niet in beeld : afwezig melding
mic op mute , alleen aan wanneer er een vraag wordt gesteld
Slide 1 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
Verdere uitleg § 3.5
Maken opdrachten
Vanaf volgend hoofdstuk werken in digitale methode!
Slide 2 - Slide
Herhaling
Herhaling
Slide 3 - Slide
Steden en handel
Je kunt uitleggen waarom de handel en de steden weer groeiden
Slide 4 - Slide
Meer grond voor landbouw en dus meer opbrengsten
Opbrengsten die boeren niet nodig hadden verkochten ze
op markten die ontstonden op plekken waar veel mensen bij elkaar kwamen: kloosters, kastelen. kruispunt van rivieren en wegen
Slide 5 - Slide
Leven in de stad
Je kunt de vier sociale lagen in een middeleeuwse stad noemen en twee functies van een gilde beschrijven
Slide 6 - Slide
1e laag: Rijke kooplieden en meesters van een gilde
2e laag: Winkeliers en ambachtslieden
3e laag: Mensen zonder vast werk
4e laag: Bedelaars en daklozen
Slide 7 - Slide
Het bestuur van de stad
Je kunt uitleggen dat de burgers van middeleeuwse steden machtiger werden
Slide 8 - Slide
Burgers kochten stadsrechten van de heer en kregen meer rechten, bijvoorbeeld markt te houden, muur om de stad te bouwen, wetten maken en rechtspreken
Slide 9 - Slide
Tijd van Steden en Staten
1000 tot 1500
Slide 10 - Slide
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen:
Dat een middeleeuws rijk bestond uit uit verschillende gebieden en steden met eigen regels
Waarom koningen hun gebieden centraal willen besturen
Hoe koningen probeerden hun macht te vergroten
Slide 11 - Slide
Geschiedenis
Introductie
Les 4 Koningen willen meer macht
Geschiedenis
De tijd van monniken en ridders/ De tijd van steden en staten
.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Intro
Lees bladzijde 145
Maak opdracht 1+2
timer
2:00
Slide 15 - Slide
1
a Waaraan kon je de soldaten van de heerser van Bourgondië herkennen?
Aan het symbool/teken en de kleuren op hun schild: een schild met een rood kruis.
b Gebruik bron 1 en 4. Hoe heette de koning die aan de macht was toen het schild van bron 1 werd gebruikt?
◯ C Karel de Stoute.
Slide 16 - Slide
2
Een belangrijke taak van koningen was oorlog voeren.
Bedenk wat zij hiervoor nodig hadden.
Om oorlog te voeren hadden koningen een leger nodig en ook voedsel, wapens en munitie. Verder hadden ze geld nodig om dat leger te betalen
Slide 17 - Slide
Overal verschillende regels
Je kunt uitleggen dat een middeleeuws rijk bestond uit verschillende gebieden en steden met eigen regels
Slide 18 - Slide
Koninkrijken
500 koninkrijken in Europa
Adel hielp koning bij bestuur en oorlog
Grenzen van koninkrijken veranderen steeds
Slide 19 - Slide
Niet makkelijk
Bestuur niet makkelijk
Door hele rijk reizen
Rechtspraak en controle van edelen
Elke stad met eigen regels en wetten
Rekening mee houden
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
3ab
Provincies hebben in onze tijd geen eigen munten.
Provincies hebben in onze tijd geen eigen wetten.
b Elk gebied en veel steden mochten in de middeleeuwen eigen munten maken. Wat was hiervan een nadeel?
◯ B Er moest vaak worden gewisseld.
Slide 23 - Slide
3cd
c Gebruik bron 2. Om welke reden heet deze munt de vierlander?
Hij werd gebruikt in vier gebieden.
d Wat was bijzonder aan deze munt?
Meestal maakte elk gebied een eigen munt. Deze munt was
geldig in vier gebieden
Slide 24 - Slide
4
4 Om welke reden was het voor koningen lastig om een rijk te besturen?
◯ A De gebieden binnen een rijk hadden ieder een eigen bestuur.
Slide 25 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
Herhaling § 3.4
Uitleg § 3.5
Maken opdrachten
Vanaf volgend hoofdstuk werken in digitale methode!
Slide 26 - Slide
Meer macht voor de koning
Je kunt uitleggen waarom koningen hun gebieden centraal willen besturen
Slide 27 - Slide
= centralisatie
Slide 28 - Slide
Centraal bestuur
Centraal bestuur
Een centraal bestuur is een bestuur vanuit
één plaats waarbij overal in het koninkrijk
dezelfde regels en vaste belastingen
gelden.
Slide 29 - Slide
Centraal bestuur
STATEN : Staat = Gebied met centraal bestuur, met duidelijke grenzen, waar overal dezelfde wetten en regels gelden.
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
5a
a Om welke drie redenen wilden de koningen graag een centraal bestuur?
□ A Dan gelden de wetten voor het hele land.
□ C Dan krijgen de steden meer macht.
□ F Dan zijn de belastingen overal hetzelfde.
Slide 32 - Slide
5b
b Wat is een staat?
◯ B Een gebied met duidelijke grenzen, waar overal dezelfde wetten gelden.
Slide 33 - Slide
6a
Het bezit van de hertog van Bourgondië bestond weluit een verzameling van losse gebieden. De gebieden lagen niet allemaal tegen elkaar aan. De grenzen van die gebieden waren daarom nietéén lange lijn. De grenzen van Bourgondië
waren dus onduidelijk. Je kunt Bourgondië daarom welgeenstaat noemen
Slide 34 - Slide
6b
b Wat voor soort verandering wilde de hertog van Bourgondië? Leg je antwoord uit.
Hij wilde politiek-bestuurlijke verandering,
omdat hij een centraal bestuur wilde met landelijke wetten in plaats van een bestuur en wetten per gewest.
Slide 35 - Slide
Planning
afmaken § 5
digitale methode (memo)
toetsing
Slide 36 - Slide
Belastinggeld
Je kunt beschrijven hoe koningen probeerden hun macht te vergroten
Slide 37 - Slide
Koning krijgt meer macht
Belasting wordt in geld betaald:
Meer handel > meer geld
Pacht > geld
Handelssteden > geld
Slide 38 - Slide
Koning betaald:
ambtenaren (centrale bestuur)
huurleger (vechten)
Slide 39 - Slide
De adel
had ook eigen grond en eigen leger
luisteren minder naar de koning
koning neemt met huurleger deel bezit van adel over en wordt machtiger
Slide 40 - Slide
Frankrijk
Engeland
Centrale staat
Centrale staat
Slide 41 - Slide
Bourgondië
hertogen willen een centraal bestuur
met behulp van ambtenaren
verzet van edellieden
Slide 42 - Slide
7a
Je hebt onderstreept in de tekst op bladzijde 149:
ambtenaren
huurleger
Slide 43 - Slide
7b
b Gebruik je antwoord bij vraag a. Welke groep werd hierdoor minder belangrijk?
◯ A De adel.
Slide 44 - Slide
7c
c Welke twee zinnen passen bij een ambtenaar?
□ C Deze man was in dienst van de koning.
□ E Deze man werd ontslagen als hij ongehoorzaam was.
Slide 45 - Slide
7d
Een koning had geen keuze in wie hem zou helpen bij het bestuur, want een edelman wordt in de adelstand geboren.
Een edelman kon zich met geweld verzetten tegen de koning, want een edelman had zijn eigen leger.
Een edelman was minder afhankelijk van de koning dan een ambtenaar, want een edelman had eigen inkomsten uit zijn landbezit.
Slide 46 - Slide
8a
De edellieden in de Bourgondische Nederlanden wilden hun
rechten niet verliezen. Dat probeerden ze duidelijk te maken
door de hertog te laten weten welke rechten ze allemaal
hadden.
Slide 47 - Slide
8b
Doordat ambtenaren werden aangesteld, werd de rol van de
adel in het bestuur kleiner. De edellieden verloren dus macht
door het centrale bestuur van de koning. Dat wilden ze niet
Slide 48 - Slide
9a
Slide 49 - Slide
9b
Om welke twee redenen wilden koningen hun gebieden centraal besturen?
1 Besturen is makkelijker als voor alle gebieden dezelfde regels gelden.
2 De koning zou meer macht krijgen. De macht van de adel werd uitgeschakeld.