3.1 natuurlijke getallen

3.1 Natuurlijke getallen
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen open op tafel.
Leg je iPad omgedraaid op tafel neer.

20 september
1 / 18
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.1 Natuurlijke getallen
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen open op tafel.
Leg je iPad omgedraaid op tafel neer.

20 september

Slide 1 - Slide

Programma 

  • Start
  • Lesdoel
  • Uitleg
  • Aan de slag
  • Afsluiting





Slide 2 - Slide

Lesdoelen

Aan het eind van deze les ..


.. weet je wat natuurlijk getallen zijn.

.. weet je de waarden van getallen boven de nul te benoemen.

.. kun je werken met groter dan en kleiner dan.



Slide 3 - Slide

Getallen

Slide 4 - Mind map

3.1 Natuurlijke getallen
Cijfer 
Getal


Slide 5 - Slide

3.1 Natuurlijke getallen
Cijfer (symbool): 0,1,2,3,4,5,6,7,8,9
Getal: 



Slide 6 - Slide

3.1 Natuurlijke getallen
Cijfer (symbool): 0,1,2,3,4,5,6,7,8,9
Getal: een combinatie van 1 of meerdere cijfers (4, 44, 456) 



Slide 7 - Slide

3.1 Natuurlijke getallen
Cijfer (symbool): 0,1,2,3,4,5,6,7,8,9
Getal: een combinatie van 1 of meerdere cijfers (4, 44, 456) 

Natuurlijke getallen 

Slide 8 - Slide

3.1 Natuurlijke getallen
Cijfer (symbool): 0,1,2,3,4,5,6,7,8,9
Getal: een combinatie van 1 of meerdere cijfers (4, 44, 456) 

Natuurlijke getallen zijn alle positieve gehele getallen en nul. (0,21,345,678944, ..)

Slide 9 - Slide

3.1 Natuurlijke getallen
Waarde van natuurlijke getallen

Duizendtallen (D)                 6 7 4 8
Honderdtallen (H)
Tientallen (T)
Eenheden (E)

Slide 10 - Slide

3.1 Natuurlijke getallen
Voorbeeld

Neem het getal 76851.

Het cijfer 5 heeft de waarde 50 ofwel 5 x 10.
Het cijfer 6 heeft de waarde 6000 ofwel 6 x 1000.


Slide 11 - Slide

Grote getallen
Duizend      1 000  
Miljoen      1 000 000
Miljard       1 000 000 000
Biljoen       1 000 000 000 000
Biljard        1 000 000 000 000 000 

Slide 12 - Slide

3.1 Tekens
< is kleiner dan
> is groter dan

= is gelijk aan
  is niet gelijk aan 
  is ongeveer gelijk aan






Slide 13 - Slide

Mentorschrift                        18 sept 2019
  1. Probeer te omschrijven hoe jij jouw doel wilt bereiken die je vorige week heb genoteerd? (als je dit nog niet hebt gedaan).
  2. Hoe gingen de eerste toetsen afgelopen week? Probeer ook uit te leggen waarom je dat denkt. 
  3. ...



Slide 14 - Slide

Aan de slag

Maak en leer

Paragraaf 3.1 (volg de doorlopende leerroute).

Controleer je gemaakte werk en probeer je foute opgaven opnieuw te maken.








timer
20:00
Je gaat rustig aan het werk! Heb je een vraag: overleg dan eerst op fluistertoon met degene naast je. Komen jullie er samen niet uit steek dan je vinger op en ik kom jullie helpen.

Slide 15 - Slide


Probeer kort te omschrijven wat je deze les hebt geleerd.

Slide 16 - Open question

Afsluiten

Huiswerk: paragraaf 3.1 af.




Bedankt voor jullie aandacht en tot de volgende keer!

Slide 17 - Slide

Getallen
Cijfer (symbool): 0,1,2,3,4,5,6,7,8,9
Getal: een combinatie van 1 of meerdere cijfers (4, 44, 456) 

Natuurlijke getallen 
Breuk (deling): 

breuk=noemerteller

Slide 18 - Slide