24-9-2024

Willkommen im Deutschunterricht
1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Willkommen im Deutschunterricht

Slide 1 - Slide

der Unterrichtsplan:

( de lesplanning)


- SO Kapitel 1 deel 2 opgeven.

- Rückblick bepaald en onbepaald lidwoord

- Grammatik F Aufg. 7 bis einschl. 9 korrigieren. 


- Erklärung: het bezittelijk voornaamwoord (das Posessivpronomen) 

Lektion 4 Aufg. 10 t/m 13 (14) machen. 



-



                











Slide 2 - Slide

die Lernziele:



- je kunt de Duitse lidwoorden benoemen en juist toepassen. 


- je kunt de Duitse bezittelijke voornaamwoorden noemen en juist toepassen



Slide 3 - Slide

Het bezittelijke voornaamwoord:

- geeft een bezit aan

- staat vóór een zelfstandig naamwoord

Slide 4 - Slide

Voorbeelden bezittelijk voornaamwoord:

- Ik eet mijn banaan. / Ich esse meine Banane.

- Dat is jouw huis.     /  Das ist dein Haus.

- Waar is zijn fiets?   /  Wo ist sein Fahrrad?

Slide 5 - Slide

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der Mann
die Frau
das  Kind
die Autos
mein Mann
deine Frau
dein Kind
deine Autos
Voorbeelden:
- Mein___________ Bruder (m) hat Zahnschmerzen.
- Unsere_________  Eltern (mv) sind sehr lieb.
- Euere____________ Lehrerin (v) hat Hunger.
- Ihr______________ Baby (o) schläft.

Slide 6 - Slide

Bezittelijke voornaamwoorden

Slide 7 - Slide

ich
ik
du
jij
er
hij
sie
zij (ev)
wir
wij
ihr
jullie
sie
zij (mv)
Sie
U
mein(e)
mijn
dein(e)
jouw
sein(e)
zijn
ihr(e)
haar
unser(e)
ons/onze
eu(e)r(e)
jullie
ihr(e)
hun
Ihr(e)
Uw
Persoonlijke voornaamwoorden
Bezittelijke voornaamwoorden

Slide 8 - Slide

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der Mann
die Frau
das Kind
die Autos
ein Mann
eine Frau
ein Kind
keine Autos
mein Mann
meine Frau
mein Kind
meine Autos
Het geslacht van de zelfstandige naamwoorden
Het onbepaalde lidwoord ein- en het woord kein- krijgen bij vrouwelijke woorden en in het meervoud een -e.  Dat geldt ook voor de bezittelijke  voornaamwoorden.

Slide 9 - Slide

Welke DUITSE bezittelijke voornaamwoorden ken je?

Slide 10 - Mind map

Wanneer krijg je achter het bezittelijk voornaamwoord een extra E ?
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
meervoud

Slide 11 - Quiz


M
V
O
MV
ein
eine
ein
keine
Ihr.. Oma (v) hat Blumen gekauft
A
Ihr
B
Ihre

Slide 12 - Quiz


M
V
O
MV
ein
eine
ein
keine
Sein.. Vater (m) ist krank
A
sein
B
seine

Slide 13 - Quiz

onze ... Lehrerin (v)
A
unser
B
unsere

Slide 14 - Quiz

Bezittelijk voornaamwoord:
vertaal: haar
A
unser
B
euer
C
ihr
D
sie

Slide 15 - Quiz

mijn ... Bruder.
A
mein
B
meine

Slide 16 - Quiz

Macht jetzt: 
 
Lektion 4: Grammatik G  Aufg. 10 t/m 13 (14)

Lektion 5: Aufg 1, 2, 5 en 6





                                          


Slide 17 - Slide



                                                             

                               Hausaufgaben: Lektion 4  10 t/m 13 (14)

                                maken + Leren Lernbox Lektion 4                                                        Tschüss

Slide 18 - Slide