Paragraaf 4.4 - Kerk en staat

Huiswerk vandaag 
Lezen paragraaf 4.3 Staatsvorming en centralisatie, handboek bladzijdes 48 en 49

Maken van paragraaf 4.3 in je opdrachtenboek vraag 1, 2, 6, 7, 8 en 14, bladzijdes 40 en 41 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Huiswerk vandaag 
Lezen paragraaf 4.3 Staatsvorming en centralisatie, handboek bladzijdes 48 en 49

Maken van paragraaf 4.3 in je opdrachtenboek vraag 1, 2, 6, 7, 8 en 14, bladzijdes 40 en 41 

Slide 1 - Slide

H4 Tijd van steden en staten 


4.4 Kerk en staat
Handboek bladzijdes 50 en 51 

Slide 2 - Slide

Kenmerkend aspect 
Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben 


Slide 3 - Slide

Tweezwaardenleer --> strijd - wie had de macht?

Slide 4 - Slide

Slimme keizers?
Om de macht te vergroten, benoemden Duitse keizers vanaf de 10e eeuw bisschoppen als vazal (leenman)
voordelen:
Trouwer aan de keizer dan aan de paus 
geen gevaar van erfzonen (vanwege het celibaat)

Slide 5 - Slide

De paus is not amused.....
  • Er ontstaat strijd tussen paus Gregorius VII en Duitse keizer Hendrik IV over benoeming geestelijken
  • Tweezwaardenleer  
  • Keizer macht over het aardse 
  • Paus macht over het geestelijke 

Probleem? Waar ligt het primaat? (hoogste gezag)


Slide 6 - Slide

Er volgt een investituurstrijd
Paus Gregorius VII (1075): 
alleen ik mag bisschoppen benoemen --> Dictaat van de paus

Duitse keizers en koningen: 
wij willen dat zelf doen

Duitse keizer is zijn macht over de bisschoppen dus kwijt door de paus...
Strijd over wie de bisschoppen mocht benoemen

Slide 7 - Slide

Excommunicatie (ban) Hendrik IV (1075)
Canossa (1077)

Slide 8 - Slide

Voorlopig einde investituurstrijd:
Concordaat van Worms (1122):

 De bisschoppen mogen vazallen worden van de Duitse keizer, maar alleen de paus mag de bisschoppen benoemen --> keizer bepaalt dus niet eerst wie de bisschoppen worden

Gevolg voor de Duitse keizers:
verbrokkeling Duitse Rijk omdat de keizer niet alle leenmannen meer kon kiezen.

Slide 9 - Slide

In het Concordaat van Worms uit 1122 werden afspraken gemaakt tussen de wereldlijke en geestelijke macht over het benoemen van bisschoppen. De koning mag voortaan een bisschop met wereldlijke macht bekleden, maar niet met geestelijke.

Het voorrecht van paus Calixtus III

Ik, (…) Calixtus, (…) verleen aan de geliefde zoon Hendrik (…) dat de verkiezingen van de bisschoppen en abten van het Duitse koninkrijk, (…) in uw tegenwoordigheid zullen plaatsvinden. (…) De uitverkorene kan bovendien (…) de regalia 1 van u ontvangen.

Edict van keizer Hendrik V

In de naam van de heilige en ondeelbare Drie-eenheid, geef ik, Hendrik (…), uit liefde van de heilige Roomse kerk en van onze meester paus Calixtus (…) toe dat er in alle kerken die in mijn koninkrijk zijn, canonieke verkiezing 2 en vrije wijding kan zijn.

1 Met regalia wordt hiermee de staf, mijter en ring van de bisschop bedoeld.

2 Met canonieke verkiezing wordt verkiezingen voor de bisschop bedoeld.
In het Concordaat van Worms uit 1122 werden afspraken gemaakt tussen de wereldlijke en geestelijke macht over het benoemen van bisschoppen. De koning mag voortaan een bisschop met wereldlijke macht bekleden, maar niet met geestelijke.

Het voorrecht van paus Calixtus III

Ik, (…) Calixtus, (…) verleen aan de geliefde zoon Hendrik (…) dat de verkiezingen van de bisschoppen en abten van het Duitse koninkrijk, (…) in uw tegenwoordigheid zullen plaatsvinden. (…) De uitverkorene kan bovendien (…) de regalia 1 van u ontvangen.

Edict van keizer Hendrik V

In de naam van de heilige en ondeelbare Drie-eenheid, geef ik, Hendrik (…), uit liefde van de heilige Roomse kerk en van onze meester paus Calixtus (…) toe dat er in alle kerken die in mijn koninkrijk zijn, canonieke verkiezing 2 en vrije wijding kan zijn.

1 Met regalia wordt hiermee de staf, mijter en ring van de bisschop bedoeld.

2 Met canonieke verkiezing wordt verkiezingen voor de bisschop bedoeld.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Concilies 
  • Kerkelijk recht
  • Al in de 4e eeuw vastgelegd --> daarna niet meer over gesproken
  • Kern van het geloof --> het ''ware geloof''
  • Ketters
  • Inquisitie  

Slide 12 - Slide


De inquisitie
  • De kerk deed eerst erg weinig aan de vervolgingen van Joden en heksen
  • Het christelijke geloof was het enige ware geloof: alle andere gelovigen waren ketters en moesten worden vernietigd, werd later het idee.
  • De inquisitie was een speciale kerkelijke rechtbank om de ketterij uit te roeien.

Slide 13 - Slide


Bijgeloof



  • Er gebeurden veel dingen om hen heen die zie niet begrepen: natuurrampen, hongersnoden, ziektes en overlijden.
  • De mensen vroegen hulp aan de kerk, maar die kon hen niet altijd helpen
  • Daarom waren de mensen erg bijgelovig

Slide 14 - Slide

Heksen
  • Dingen die misgingen waren vaak de schuld van mensen die zich zogenaamd bezighielden met zwarte magie.
  • Zondebokken werden vaak gevonden in mensen die andere gewoonten hebben.
  • Zo werden vrouwen (én mannen) van hekserij beschuldigd.
  • Verbrand op de brandstapel 
  • Veelal onafhankelijke, zelfstandige vrouwen en vrouwen die hun woord klaar hadden staan op de brandstapel gekomen 
  • Kruidenvrouwtjes 

Slide 15 - Slide

Huiswerk
  • Lezen paragraaf 4.4 Kerk en Staat, handboek bladzijdes 50 en 51 
  • Maken van paragraaf 4.4 vraag 1,2, 5, 6, 11 en 12 opdrachtenboek bladzijdes 42 en 43  

Slide 16 - Slide