Onderwerp en hoofdgedachte

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Lesdoelen

- Je herkent het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst

Lezen 1.1

Wat er in de tekst wordt gezegd over het onderwerp kan je vaak in één zin samenvatten: de hoofdgedachte. 

De hoofdgedachte is nooit een vraag.

De hoofdgedachte staat vaak in de inleiding of in het slot van de tekst.

Stel jezelf de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?

Lezen 1.1

Het onderwerp van de tekst beschrijft in één woord (of een paar woorden, max. 3) waar de tekst over gaat.

1. Lees de tekst oriënterend (bekijk de tekst en lees de eerste alinea).

2. Stel jezelf de vraag: waarover gaat deze tekst?

Verschil onderwerp en hoofdgedachte

Onderwerp = zo kort mogelijk , maximaal 3 woorden

Hoofdgedachte = een hele zin waarin het onderwerp staat

( Wat wordt er gezegd over het onderwerp?) De hoofdgedachte is nooit een vraag.

Een zin begint met een hoofdletter en eindigt met een leesteken!

Wat is het onderwerp?

1. Demonen
2. LSD
3. Steekpartij in Heemskerk
4. advocaat Arthur

Wat is de hoofdgedachte?

hoofdgedachte?

1. Rijschoolhouders zouden standaard een cursus ‘auto te water’ moeten aanbieden.
2. Tijdens rijlessen is er geen aandacht voor hoe je jezelf bevrijdt uit een auto die te water raakt.
3. Veilig Verkeer Nederland steunt het plan om standaard een cursus ‘auto te water’ aan te bieden.
4. Volgens Veilig Verkeer Nederland weten automobilisten niet wat ze moeten doen als hun auto te water raakt.

Wat is de hoofdgedachte?

De hoofdgedachte = ?

1. Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
2. Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
3. Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
4. De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.