Klas 4 economie vrijdag 10 oktober

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Klas 4 economie vrijdag 10 oktober

Consumeren is …

1. Een bedrag opzijleggen voor een latere grote aankoop
2. het kopen van goederen of diensten

Wat is een voorbeeld van zelfvoorziening?

1. Hout kloven voor de houtkachel
2. Werken voor salaris
3. Werken voor overnachting in het buitenland

Wat is een voorbeeld van zelfvoorziening.

1. Eten bestellen van Thuisbezorgd
2. Groente en fruit van de AH kopen
3. Lekke fietsband zelf repareren
4. Broodje kopen van de kantine

Wat betekent zelfvoorziening?

1. dingen kopen die het uit zichzelf doen
2. dingen zelf maken zodat je niet hoeft te kopen

Wat is geen zelfvoorziening?

1. Het kopen van een frikandel broodje.
2. Het bakken van een taart.
3. Je fiets repareren.
4. Groente verbouwen in je tuin.

Geef zelf een voorbeeld van zelfvoorziening

Welvaart is:

1. Inkomen
2. Macht
3. Geluk

Wat is welvaart

1. Behoeften die je niet hebt
2. Behoeften waarin je kunt voorzien
3. Fiets

wat is welzijn

1. je goed voelen
2. geen idee
3. het welbevinden in de wereld
4. een ziekte

Wat is welzijn?

1. Dat geeft aan of het goed met iemand gaat.
2. Genoeg geld hebben en goed kunnen voorzien in je behoeften.

Wat is een vergelijkend warenonderzoek?

1. een prijslijst van verschillende merken
2. een prijsoverzicht van verschillende merken
3. een testoverzicht van verschillende merken
4. een garantieverzoek

Wat zijn de 6 p's?

1. Product, Prijs, Plaats, promotie, Personeel, Planet
2. Product, Prijs, Plek, Promotie, Personeel en Presentatie
3. Product, Prijs, Plaats, Promotie, Perspectief en Presentatie
4. Product, Prijs, Plaats, promotie, Personeel, Presentatie

Hoe worden de 6 P's ook wel genoemd?

1. Marketing P's
2. Marketingmix
3. Marketingbenodigdheden
4. Marketingcombinatie

Kennen jullie de 6 P's?

1. Ja
2. Nee
3. Beetje

Wat is GEEN onderdeel van de Marketingmix (6 P's)?

1. Plaats
2. Prijs
3. Promotie
4. Praktijk

Wat is een doelgroep?

1. Is groep klanten van een winkel.
2. Is speciale groep mensen.
3. Is een groep consumenten.
4. Is een groep mensen met dezelfde kenmerken.

Welke doelgroep heb je voor ogen met dit product? (doelgroep)

1. Aan wie wil je het verkopen?
2. Welk voetbalteam heb je voor ogen?

Wat betekent 'duurzaam consumeren'?

Wat is de inkomensvorm van 'natuur'?

1. Huur
2. Rente
3. Winst
4. Pacht

De productiefactor kapitaal heeft als inkomensvorm

1. rente/huur
2. pacht
3. winst
4. loon

Wat is de inkomensvorm van zakgeld?

1. arbeid
2. bezit
3. overdracht

Wat is geen inkomensvorm?

1. Bezit
2. Overdracht
3. Arbeid
4. Lenen

Mark wil graag een nieuwe telefoon kopen.
Zijn vader heeft deze maand geld tekort vanwege de aanbetaling van de vakantie.

Van welke twee leenmotieven is hier sprake?

1. tijdelijk geld tekort, onverwacht dringend geld tekort
2. tijdelijk geldtekort, aanschaf duurzaam consumptiegoed
3. onverwacht dringend geld, aanschaf duurzaam consumptiegoed
4. tijdelijk geldtekort, aanschaf huis