What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woordleer overzicht
WOORDLEER
De verschillende soorten woorden
1 / 41
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Secundair onderwijs
This lesson contains
41 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
120 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
WOORDLEER
De verschillende soorten woorden
Slide 1 - Slide
Welke woordsoorten ken je nog?
Slide 2 - Mind map
Slide 3 - Slide
Het schijnt dat de grote man een tas en een GSM gestolen heeft in de buurt van het park.
A
4 lidwoorden
B
5 lidwoorden
C
6 lidwoorden
D
7 lidwoorden
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
De klas ZAL flink studeren voor haar proefwerk Nederlands.
A
koppelwerkwoord
B
hulpwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 9 - Quiz
San was graag leerkracht GEWORDEN.
A
koppelwerkwoord
B
hulpwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Welke soorten voornaamwoorden
ken je?
Slide 14 - Mind map
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Zijn hond is écht SCHATTIG
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Bijwoord
Slide 23 - Quiz
Op deze ZONNIGE dag moet ik gelukkig niet gaan werken.
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Bijwoord
Slide 24 - Quiz
Zijn hond is ECHT schattig
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Bijwoord
Slide 25 - Quiz
Ik denk dat de leerkracht vorige week heel boos was op onze klas.
A
1 bn, 1bw
B
2bn, 2bw
C
2bn, 1bw
D
1bn, 2bw
Slide 26 - Quiz
Mijn blij verraste vriend lachte luid.
A
1 bn, 1bw
B
2bn, 2bw
C
2bn, 1bw
D
1bn, 2bw
Slide 27 - Quiz
Welke werkwoorden kunnen koppelwerkwoorden zijn?
Slide 28 - Open question
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Luister niet naar hem
A
Persoonlijk vnw
B
Bezittelijk vnw
C
Aanwijzend vnw
D
Vragend vwn
Slide 31 - Quiz
Ik stuur m'n mannen naar Rome.
A
Persoonlijk vnw
B
Bezittelijk vnw
C
Aanwijzend vnw
D
Vragend vwn
Slide 32 - Quiz
Laat me, Asterix
A
Persoonlijk vnw
B
Bezittelijk vnw
C
Aanwijzend vnw
D
Vragend vwn
Slide 33 - Quiz
Hij wist niet dat het boek verdwenen was.
A
het = bepaald lidwoord
B
het = onbepaald lidwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
persoonlijk voornaamwoord
Slide 34 - Quiz
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
"Dat is alles WAT ik weet", zei hij.
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
Slide 37 - Quiz
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
Persoonlijk
voornaamwoord
Onbepaald voornaamwoord
Bepaald lidwoord
Het
heeft die dag geregend.
Dit krot is onbewoonbaar,
het
moet worden gesloopt.
De leraar vertelde
het
spannende verhaal aan de klas.
Slide 40 - Drag question
Oefeningen werkboek
Pagina 100-102
Slide 41 - Slide
More lessons like this
Woordleer 4ASO (les 2.11 Frappant)
July 2023
- Lesson with
42 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
woordleer - herhaling
December 2019
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
De woordsoorten
October 2020
- Lesson with
48 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Groepsdynamiek 4ZoWe A
December 2022
- Lesson with
25 slides
Groepsdynamiek
Secundair onderwijs
L1 Taalbeschouwing: zinsleer
September 2024
- Lesson with
49 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Ontdek de wereld van verkleinwoorden!
April 2024
- Lesson with
13 slides
Klasgesprek attitude
October 2024
- Lesson with
10 slides
Scv
Secundair onderwijs
Groepsdynamiek 4ZoWe A
December 2024
- Lesson with
23 slides
Groepsdynamiek
Secundair onderwijs