This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Enquêtevragen en statistische variabelen
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoelen
Aan het einde van de les kunt u de verschillende manieren waarop informatie kan worden verzameld, uitleggen
Aan het einde van de les kunt u het begrip 'statistische variabelen' definiëren en toepassen
Aan het einde van de les kunt u het verschil tussen kwalitatieve en kwantitatieve variabelen uitleggen
Aan het einde van de les kunt u de verschillende typen variabelen zoals nominaal, ordinaal, discreet en continu identificeren en toepassen
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Wat weet je al over enquêtevragen en statistische variabelen?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Informatie verzamelen en bronnen
Informatie kan worden verzameld via bronnen zoals het CBS of via eigen onderzoek zoals een enquête
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Definitie en toepassing van statistische variabelen
Statistische variabelen: de kenmerken die in een statistisch onderzoek worden beschreven
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
Onderscheid tussen kwalitatieve en kwantitatieve variabelen
Kwalitatieve variabelen: variabelen die kwaliteiten of categorieën beschrijven
Kwantitatieve variabelen: variabelen die hoeveelheden beschrijven
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Verschillende typen variabelen: nominaal, ordinaal, discreet en continu
Nominale variabelen: kwalitatieve variabelen zonder duidelijke ordening
Ordinale variabelen: kwalitatieve variabelen met een duidelijke ordening
Discrete variabelen: kwantitatieve variabelen waarbij sommige tussenliggende waarden niet mogelijk zijn
Continue variabelen: kwantitatieve variabelen waarbij alle tussenliggende waarden mogelijk zijn
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
Definitie van termen
Statistische variabelen: de kenmerken die in een statistisch onderzoek worden beschreven
Kwalitatieve variabelen: variabelen die kwaliteiten of categorieën beschrijven
Kwantitatieve variabelen: variabelen die hoeveelheden beschrijven
Nominale variabelen: kwalitatieve variabelen zonder duidelijke ordening
Ordinale variabelen: kwalitatieve variabelen met een duidelijke ordening
Discrete variabelen: kwantitatieve variabelen waarbij sommige tussenliggende waarden niet mogelijk zijn
Continue variabelen: kwantitatieve variabelen waarbij alle tussenliggende waarden mogelijk zijn
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 9 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 10 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 11 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.