3.3 Gelijkvormige figuren

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

14

1920:1600=1,2

1080:1000=1,08 (deze)

1,08x1600=1728 er blijft dus 192 pixels over

c. dan 1,2 als factor. Dus 1,2x1000=1200 pixels

1200-1080=120 pixelsbuiten beeld

Wat is een vergrotingsfactor?

Hoe bereken je de factor?

is een vergroting van
Wat is hier de factor?

ΔABC

ΔDEF

1. 24:12=2 de factor is 2
2. 30 : 12 = 2,5 de factor i 2,5
3. 12 : 30 = 0,4 de factor is 0,4
4. je kunt het niet weten

Welke figuur is geen vergroting van A?

1. -
2. B
3. C
4. D

In de vorige les

factor bepalen (hoe?)

onbekende zijde berekenen met de factor (hoe?)

Denkvraag: Kun je een voorwaarde bedenken voor het rekenen met een vergrotingsfactor??

Gelijkvormigheid

In deze les leer je bepalen of twee figuren gelijkvormig zijn.

voorkennis nodig: 

hoekensom driehoek

hoekensom vierhoek

Gelijkvormig?

1. overeenkomstige hoeken

2. overeenkomstige zijden

Onderzoek of deze vierhoeken gelijkvormig zijn

1. Overeenkomstige hoeken even groot?
2. Tabel met overeenkomstige zijden en is de tabel een verhoudingstabel?

Zelf oefenen

Maak opg. 20 t/m 22 + leerdoelen