Introductie 3V

vr. 3 sept - 4e uur
Welkom 3ag1!
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

vr. 3 sept - 4e uur
Welkom 3ag1!

Slide 1 - Slide

Voorstellen
Adinda Wessels
docent Nederlands
mentor 4V3

Slide 2 - Slide

Boris & Hein
Bart & ik

Slide 3 - Slide

Mijn 40e verjaardag bij 
de tent in Zuid-Frankrijk

Slide 4 - Slide

Voorstellen
Nu jullie!
checken plattegrond

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Programma deze les
  • Classroom
  • Jaaroverzicht
  • Bericht uit
  • Benodigde boeken
  • Start grammatica De Brug

Slide 7 - Slide

Benodigde boeken
  • Nieuw Nederlands 3v - 6e editie
  • wisselend leesboek

Slide 8 - Slide

Grammatica
De Brug

Slide 9 - Slide

Wat is 'Grammatica zinsdelen' ook alweer?

Slide 10 - Open question

Waarom wordt er in de 3e klas wéér aandacht besteed aan het ontleden van zinnen in zinsdelen, denk je?

Slide 11 - Open question

In welke volgorde ontleed je een zin (met wg) in zinsdelen? Er zijn zeven stappen.

Slide 12 - Open question

Stappenplan ontleden zinsdelen
  1. Zoek de persoonsvorm (pv) 
  2. Verdeel de zin in zinsdelen
  3. Zoek het onderwerp (ow)
  4. Benoem het werkwoordelijk gezegde (wg)
  5. Zoek het lijdend voorwerp (lv) 
  6. Zoek het meewerkend voorwerp (mv)
  7. Zoek de bijwoordelijke bepalingen (bwb)
                      

Slide 13 - Slide

Korte herh. uitleg stap 1 t/m 6

  1. pv: zet de zin in andere tijd/ maak de zin vragend
  2. zinsdeelproef: zet streepjes tussen de zinsdelen
  3. onderwerp: wie (wat) + pv/gezegde?
  4. gezegde: alle werkwoorden uit de zin
  5. lijdend voorwerp: wat (wie) + gezegde + onderwerp?
  6. meewerkend voorwerp: aan/voor wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp?
Ik geef oma een grote bos bloemen voor haar verjaardag.

Slide 14 - Slide

Meewerkend voorwerp

  • Aan / voor wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp?
  • Check daarna of je aan of voor kunt weglaten of toevoegen. Soms moet je hiervoor de woordvolgorde aanpassen.


Slide 15 - Slide

Bijwoordelijke bepaling bwb
  • Een bijwoordelijke bepaling (bwb) 
  • --> geeft antwoord op vragen als: Waar? Wanneer? Waarheen? Waarom? Waardoor? Waarvandaan? Van wie? Hoe?
  • Zo vind je bijwoordelijke bepalingen (bwb's)
  • --> Noteer pv, ow en wg.
  • --> Zoek naar het lv en mv (als die er zijn).
  • --> De zinsdelen die hierna nog over zijn, zijn bwb = 'restgroep'
  • Soms staan er nul bwb's in een zin, soms is het er één, soms zijn het er meerdere.

Slide 16 - Slide

Aan de slag
  • Maak opdracht 1 op blz. 251
  • Bestudeer de uitleg over het naamwoordelijk gezegde op blz. 251-252
  • Maak opdr. 2 op blz. 252
  • Bestudeer de uitleg over soorten zinnen op blz. 254-255
  • Maak opdr. 6 op blz. 255 

Slide 17 - Slide

Huiswerk:
  • ma. 6/9 --> vervalt ivm introductiedag
  • di. 7/9 --> bestuderen uitleg ng + m. opdr. 1 + 2  blz. 251 t/m 252
                                                       Fijn weekend!

Slide 18 - Slide