Week 1 - les 1 - tijdvak 6 (introductie)

Introductie P2 
1 / 10
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Introductie P2 

Slide 1 - Slide

Programma
1.  Deze periode: Onderwerp, afsluiting & methode (10 min) 
2. Start: 6.1 Een wereldeconomie (15 min) 
3. Aan de slag (25 min)

Slide 2 - Slide

Deze periode
- Tijdvak 6 -> diepere kennis 
4 x kenmerkende aspecten 



Eén cijfer: Tentamen (2X voor overgang)

Slide 3 - Slide

Waarom ook 1 t/m 4?
Tijdvak 1 t/m 4 zijn uit het havo-eindexamen gehaald
Deze tijdvakken moeten van de overheid alsnog wel behandeld worden
Daarom moeten alle scholen TV 1 t/m 4 behandelen in het PTA

Slide 4 - Slide

Methode
- Geschiedeniswerkplaats digitaal 
- Geschiedeniswerkplaats geprint boekje
- Leerdoelen (kennis & toepas)

Slide 5 - Slide

Wat was de aanleiding voor de ontdekkingsreizen?
A
De val van Constantinopel verminderde de toegankelijkheid tot het Aziatische handelsnetwerk
B
de technische vooruitgang bij de bouw en navigatie van schepen
C
de wil om vreemde volken te bekeren tot het christelijke geloof
D
Na eeuwen van lockdown kon je weer reizen.

Slide 6 - Quiz

Wat is Renaissance?
A
Italiaans voor middeleeuwen
B
Strijd tussen keizer en paus
C
Bloeiperiode van de kunst
D
Ander woord voor Romeinse tijd

Slide 7 - Quiz

Wat betekent Reformatie?
A
Daar zijn de gereformeerden lid van.
B
Periode waarin mensen de rooms katholieke kerk wilden veranderen.
C
Aanhanger van christelijke godsdienst die uit protest werd opgericht.
D
Burgerlijke bestuurder van een stad of gewest.

Slide 8 - Quiz

                       Tijdvak 6: regenten & vorsten     
  • 1600-1700: regenten & vorsten
  • Onderwerpen:
  1. Ontstaan van een Wereldeconomie (6.1)
  2. De Gouden eeuw (6.2)
  3. Het absolutisme (6.3)
  4. Wetenschappelijke revolutie (6.4)
Tijdvak 5.. 

Slide 9 - Slide

Aan de slag
1. Ga naar Magister Me 
2. Ga naar introductie 
3. Lees introductie
4. beschrijf in tenminste vijf zinnen wat er zichtbaar is op het schilderij. 

Slide 10 - Slide