Vertalingen van Nederlands naar Engels en vice versa in de HoReCa-sector

Vertalingen van Nederlands naar Engels en vice versa in de HoReCa-sector
1 / 26
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vertalingen van Nederlands naar Engels en vice versa in de HoReCa-sector

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen leerlingen woorden en zinnen van Nederlands naar Engels en andersom vertalen in het thema HoReCa door middel van sleepopdrachten, invulopdrachten en meerkeuzevragen.

Slide 2 - Slide

Leg de leerdoelen uit en benadruk het belang van het leren van vertaalvaardigheden in de HoReCa-sector.
Wat weet je al over het vertalen van woorden en zinnen van Nederlands naar Engels en andersom in de HoReCa-sector?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Introductie
Wat is HoReCa en waarom is het belangrijk om in deze sector woorden en zinnen te kunnen vertalen?

Slide 4 - Slide

Introduceer het onderwerp en maak de leerlingen bewust van het belang van vertaalvaardigheden in de HoReCa-sector.
Woorden vertalen - Nederlands naar Engels
Vertaal het woord 'bestek' naar het Engels.

Slide 5 - Slide

Gebruik een sleepopdracht en laat de leerlingen het woord 'bestek' naar het Engels slepen. Bespreek daarna de vertaling en de context waarin het woord wordt gebruikt.

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Woorden vertalen - Engels naar Nederlands
Vertaal het woord 'reservation' naar het Nederlands.

Slide 7 - Slide

Gebruik een sleepopdracht en laat de leerlingen het woord 'reservation' naar het Nederlands slepen. Bespreek daarna de vertaling en de context waarin het woord wordt gebruikt.
Zinnen vertalen - Nederlands naar Engels
Vertaal de zin 'Ik wil graag een tafel reserveren voor vanavond' naar het Engels.

Slide 8 - Slide

Gebruik een invulopdracht en laat de leerlingen de zin in het Engels invullen. Bespreek daarna de vertaling en de context waarin de zin wordt gebruikt.
Zinnen vertalen - Engels naar Nederlands
Vertaal de zin 'Could I have the menu, please?' naar het Nederlands.

Slide 9 - Slide

Gebruik een invulopdracht en laat de leerlingen de zin in het Nederlands invullen. Bespreek daarna de vertaling en de context waarin de zin wordt gebruikt.
Meerkeuze - Nederlands naar Engels
Wat is de Engelse vertaling voor 'rekening'?
A. Check
B. Bill
C. Menu

Slide 10 - Slide

Gebruik een meerkeuzevraag en laat de leerlingen het juiste antwoord selecteren. Bespreek daarna de vertaling en de context waarin het woord wordt gebruikt.
Meerkeuze - Engels naar Nederlands
Wat is de Nederlandse vertaling voor 'tip'?
A. Fooi
B. Tafel
C. Menu

Slide 11 - Slide

Gebruik een meerkeuzevraag en laat de leerlingen het juiste antwoord selecteren. Bespreek daarna de vertaling en de context waarin het woord wordt gebruikt.
Woorden en zinnen vertalen - Mix
Vertaal het woord 'serveerster' naar het Engels en de zin 'Mag ik de menukaart?' naar het Nederlands.

Slide 12 - Slide

Gebruik een sleepopdracht en een invulopdracht om de leerlingen te laten oefenen met het vertalen van woorden en zinnen in verschillende talen.
Vertalingen in context
Geef voorbeelden van woorden en zinnen die vaak voorkomen in de HoReCa-sector en laat de leerlingen deze vertalen.

Slide 13 - Slide

Laat de leerlingen oefenen met het vertalen van woorden en zinnen in de context van de HoReCa-sector.
Vertaalwedstrijd
Organiseer een vertaalwedstrijd waarbij de leerlingen in teams zo snel mogelijk woorden en zinnen moeten vertalen.

Slide 14 - Slide

Maak de les interactief en leuk door een vertaalwedstrijd te organiseren. Dit zal de betrokkenheid en het enthousiasme van de leerlingen vergroten.
Tips om te oefenen
Geef de leerlingen tips om hun vertaalvaardigheden verder te ontwikkelen, zoals het lezen van Engelstalige menu's en het kijken van Engelstalige kookshows.

Slide 15 - Slide

Geef de leerlingen praktische tips om hun vertaalvaardigheden buiten het klaslokaal te oefenen.
Voordelen van vertaalvaardigheden
Beschrijf de voordelen van het hebben van vertaalvaardigheden in de HoReCa-sector, zoals betere communicatie met Engelstalige klanten en meer carrièremogelijkheden.

Slide 16 - Slide

Benadruk het belang van vertaalvaardigheden en de voordelen die deze vaardigheden met zich meebrengen.
Vertaalwoordenboek
Laat de leerlingen kennismaken met online vertaalwoordenboeken en geef aan hoe ze deze kunnen gebruiken om hun vertaalvaardigheden te verbeteren.

Slide 17 - Slide

Laat de leerlingen zien hoe ze online vertaalwoordenboeken kunnen gebruiken om hun vertaalvaardigheden te verbeteren.
Opdracht
Geef de leerlingen een opdracht waarbij ze in groepjes een Engelstalig menu moeten vertalen naar het Nederlands.

Slide 18 - Slide

Laat de leerlingen in groepjes werken aan een praktische opdracht waarbij ze hun vertaalvaardigheden kunnen oefenen.
Conclusie
Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk het belang van het ontwikkelen van vertaalvaardigheden in de HoReCa-sector.

Slide 19 - Slide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en zorg ervoor dat de leerlingen de leerdoelen begrijpen.
Quiz
Laat de leerlingen een quiz maken om te laten zien wat ze hebben geleerd.

Slide 20 - Slide

Gebruik een quiz om te controleren of de leerlingen de belangrijkste vaardigheden en concepten van de les hebben begrepen.
Evaluatie
Laat de leerlingen de les evalueren en geef hen de mogelijkheid om feedback te geven op de lesmaterialen en de instructies.

Slide 21 - Slide

Vraag de leerlingen om feedback op de les en gebruik deze feedback om toekomstige lessen te verbeteren.
Bronnen
Geef een lijst van bronnen waar de leerlingen meer kunnen leren over vertaalvaardigheden en de HoReCa-sector.

Slide 22 - Slide

Zorg ervoor dat de leerlingen weten waar ze meer informatie kunnen vinden over het onderwerp van de les.
Bedankt!
Bedank de leerlingen voor hun deelname en moedig hen aan om hun vertaalvaardigheden verder te ontwikkelen.

Slide 23 - Slide

Sluit de les af door de leerlingen te bedanken en hen aan te moedigen om hun vertaalvaardigheden verder te ontwikkelen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 24 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 25 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 26 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.