TV3A week 20

Nederlands
15 mei
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands
15 mei

Slide 1 - Slide

Programma
Lesdoel: je kunt de startopdracht van lezen blok 5 maken.

- Inleiding lezen blok 5
- Startpdracht Op Niveau
- Herhaling werkwoordspelling
- Werkwoordspelling of opdrachten lezen blok 5

Slide 2 - Slide

Lezen blok 5
- Drogredenen herkennen en benoemen

- Tekstdeel samenvatten

- Bepalen of een samenvatting klopt

- Tekstsoort column

Slide 3 - Slide

Opdracht (15 minuten)
Maak lezen blok 5 opdracht 1.

Dit is huiswerk voor morgen.

Slide 4 - Slide

Herhaling werkwoordspelling
- Gehaald? Kiezen voor een cijfer (mag na het maken van de toets)

- Niet gehaald? Sowieso voor een cijfer maken.

Geen idee of je het wel of niet gehaald hebt? Kijk in Magister.

Slide 5 - Slide

Net als veel anderen (vinden, t.t.) ik Donald Trump oppervlakkig overkomen.
A
vind
B
vindt

Slide 6 - Quiz

Volgens mevrouw Krepel ben ik zelf oppervlakkig, met zo'n snel oordeel dat door iedereen zomaar (vellen, t.t.) wordt.
A
gevelt
B
geveld
C
geveldt

Slide 7 - Quiz

Het artikel in de krant van gister (besteden, t.t.) veel aandacht aan Trumps analyse van de Amerikaanse politiek.
A
besteed
B
besteedt

Slide 8 - Quiz

Onder Trumps herrie gaat wel degelijk inzicht schuil, (constateren, t.t.) mevrouw Krepel. Hij mag dan een populist zijn, maar ook een geducht tegenstander voor andere kandidaten.
A
constateert
B
constateerd
C
constateerdt

Slide 9 - Quiz

Wat (vinden, t.t.) jij van de manier waarop Trump zijn politieke standpunten naar voren brengt?
A
vind
B
vindt

Slide 10 - Quiz

Wat (vinden, t.t.) je moeder van de manier waarop Trump zijn politieke standpunten naar voren brengt?
A
vind
B
vindt

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Opdracht (10 minuten)
Keuze:

1) Werk aan werkwoordspelling. Het oefenboekje (met werkwijzer) staat op classroom. Gebruik vandale.nl als je woorden uit de zin of de betekenis van het werkwoord niet begrijpt!
2) Werk aan lezen blok 5 opdracht 2. Dit is huiswerk.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Nederlands
16 mei

Slide 15 - Slide

Programma
Lesdoel: je hebt kennis gemaakt met de drogredenen en kunt ze gebruiken en je bent voorbereid op de toets van morgen.

- Bespreken opdracht 1 van lezen blok 5.
- Drogredenen uitleg + voorbeelden
- Korte werkwoordquiz 
- Werkwoordspelling nakijken en oefenen of Lezen blok 5


Slide 16 - Slide

Lezen blok 5 opdracht 1
Belangrijke vragen:
- Vraag 9b: Kernzin alinea 5
- Vraag 12 abc: Wat denk je dat de schrijver vindt?
- Vraag 15: Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
- Vraag 17: Voor wie is de oproep bedoeld?
- Vraag 18 ab: welke onderdelen van een column herken je in de gelezen tekst?

Slide 17 - Slide

Drogredenen
- Wat zijn het?
- Welke zijn er?
Verkeerde (valse) vergelijking
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
Cirkelredenering
Ontduiken van de bewijslast
Beroep op traditie

Slide 18 - Slide

Voorbeelden
- Het is echt belachelijk dat harddrugs in Nederland nog steeds illegaal zijn. Je kunt immers wel overal sterke drank krijgen!
- Ik ben en blijf fan van een parlementair democratisch staatsbestel. Het is van belang dat het volk invloed heeft op de samenstelling van het parlement.
- Natuurlijk moeten leerlingen met pen en papier blijven werken, dit is altijd zo geweest.

Slide 19 - Slide

Oei, wat heb ik een pijn! Ik heb gisteren voor het eerst (sit-uppen, vd)
A
gesit-upt
B
gesit-upd
C
gesit-updt

Slide 20 - Quiz

Na zo'n eerste training (ondervinden, tt) je dikwijls flinke spierpijn.
A
ondervind
B
ondervindt

Slide 21 - Quiz

De spierpijn neemt af als je de oefeningen regelmatig (herhalen, tt).
A
herhaalt
B
herhaald
C
herhaaldt

Slide 22 - Quiz

(Spreiden, tt) je armen goed tijdens de oefening, anders loop je kans op een blessure.
A
spreid
B
spreidt

Slide 23 - Quiz

De [vergroten] foto is nu veel beter zichtbaar vanaf de voordeur.
A
vergrootte
B
vergrote

Slide 24 - Quiz

Uitzonderingen
- Gebiedende wijs: als je iemand vertelt iets te doen.
'Poets je tanden'
'Pak je boeken'
'Spreid je armen'
- Engelse werkwoorden stam eindigent op 'd' of 't': deleten
- Bijvoeglijk gebruikte werkwoorden
'Het gezonken schip' bijvoeglijk gebruikt werkwoord 'zinken'

Slide 25 - Slide

Opdracht (25 minuten)
Keuze:

1. Maak het derde werkblad uit het boekje op classroom. Kijk je antwoorden na van werkblad 1 en 2. De antwoorden staan op de classroom.
2. Maak opdracht 3 van lezen blok 5. Maak eerst opdracht 2 af.

Slide 26 - Slide