hz, bz, samengestelde zin

Grammatica H1 
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Grammatica H1 

Slide 1 - Slide

Planning
  • Herhaling theorie
  • Bespreken opdr 7,8,9 
  • Opdracht 10,11,12,13 maken (werkblad)
  • Extra grammatica opdr 1,2,3 
  • Lezen in boek als je klaar bent
  • Lessonup vragen -> test jezelf 

Slide 2 - Slide

Grammatica 1.4 
Volgorde bij het ontleden. 

1. Persoonsvorm vind je met de .... 
De persoonsvormen vind je niet meer door een .... te maken. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Samengestelde zin
Een zin met meer dan één persoonsvorm. 
Elke samengestelde zin heeft altijd een hoofdzin. 

1. Ilse komt later, want haar broertje slaapt nog. 

2. Twan hoopt dat hij morgen een vallende ster ziet. 

Slide 5 - Slide

Beantwoord de vraag...
1. Hoe zie ik of de zin een hoofdzin of een bijzin is?

2. Hoe bepaal ik waar de eerste zin binnen de samengestelde zin eindigt? 

Slide 6 - Slide

Nevenschikking en onderschikking

Nevenschikkend: de zin bestaat enkel uit hoofdzinnen. 
Voegwoorden: en, maar, want, of.

Onderschikking: hoofzin met een bijzin
Bijzin kan je door een woord vervangen. 

Slide 7 - Slide

Twee soorten bijzinnen 
Lijdendvoorwerpszin: bijzin die het lijdend voorwerp is van de hoofdzin.
Bv: Hij zegt dat hij het niet gedaan heeft. 

Bijwoordelijke bijzin: bijzin die een bwb is van de hoofdzin. 
Bv: Omdat het bleef regenen, werd het kampioenschap afgelast. 

Slide 8 - Slide

Bespreken opdr 8,9

Slide 9 - Slide

Maken...
Opdr 10,11,12,13 (werkblad)
Extra grammatica (blz 46) opdr 1,2,3

Klaar? Lezen in je boek. 

Slide 10 - Slide

Een zin binnen een samengestelde zin waar pv en ow naast elkaar staan, is altijd een hoofdzin.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Wat is de eerste stap bij zinsontleding?
A
Onderstreep de pv
B
Zet zinsdeelstrepen tussen de zinsdelen
C
Zoek het onderwerp

Slide 12 - Quiz

Lola speelt graag in de tuin en haar hond is er dan ook vaak bij. Na welk woord komen dubbele zinsdeelstrepen?

A
Tuin
B
En
C
Hond
D
Bij

Slide 13 - Quiz

In een samengestelde zin staat altijd een bijzin.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Waar wil je graag extra uitleg bij van paragraaf 1.4?

Slide 15 - Mind map