6.3 Hetzelfde percentage erbij of eraf

H6 Werken met aantallen
1 / 13
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

H6 Werken met aantallen

Slide 1 - Slide

6.3 Hetzelfde percentage erbij of eraf 
Wat gaan we deze les leren:
  • Steeds hetzelfde percentage erbij of eraf schrijven als een   vermenigvuldiging.
  • Vermenigvuldigingen met dezelfde factor korter schrijven

Slide 2 - Slide

Het gaat niet altijd over geld dus nu wordt de formule:  


Begingetal x factor    =  Eindgetal  

Kort: B x f t  = E  






tijd
Leer dit uit je hoofd! 

Slide 3 - Slide

Herhaling:

Uitrekenen van de factor:  


100 +/- percentage =   ... : 100

 






Leer dit uit je hoofd! 

Slide 4 - Slide

Stappenplan.             
  1. Lees de tekst en bepaal de begingetal.
  2.  Bereken de factor. 
  3. Schrijf de formule op die bij deze opgave hoort.
  4. Reken uit met je rekenmachine. (Tot de macht tijd (b.v.5) toets je in als:  factor ^ 5) 
  5. Geef antwoord op de vraag: (de drie 's) waar gaat het over, waar moet ik op afronden, welke eenheid hoort er bij.

Slide 5 - Slide

Welke factor hoort bij 6% eraf?
A
1,06
B
0,96
C
1,94
D
0,94

Slide 6 - Quiz

Welke factor hoort bij 17% erbij?
A
0,17
B
1,17
C
0,83
D
1,83

Slide 7 - Quiz

Welk begingetal hoort bij de volgende berekening?
66001,1215
A
6600
B
1,12
C
12
D
15

Slide 8 - Quiz

Welke (rente)percentage hoort bij de volgende berekening?
120000,8720
A
12000
B
87
C
13
D
20

Slide 9 - Quiz

Een Facebookpagina heeft 2500 likes. Het streven is om het komende jaar het aantal likes per maand 4% te laten stijgen. Welke factor hoort bij deze toename?
A
0,96
B
0,04
C
1,04
D
1,25

Slide 10 - Quiz

Bereken hoeveel likes na vier maanden worden verwacht.
(2500 likes, 4% stijging per maand)
A
2600
B
2704
C
2812
D
2925

Slide 11 - Quiz

Isa heeft een ballon opgeblazen tot de inhoud 10 liter is. De ballon loopt na het opblazen langzaam leeg. Elk uur ontsnapt ongeveer 4% van de inhoud. Wat is de factor?
A
0,96
B
0,04
C
1,10
D
1,04

Slide 12 - Quiz

Maak nu
paragraaf 6.3  helemaal netjes af in je schrift.
Daarna ga je nakijken!

Slide 13 - Slide