Woordsoorten H5 vz

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Lesdoelen:

Ik kan/weet:

• voorzetsels herkennen en gebruiken.
• onderscheid maken tussen voorzetsels en delen van scheidbare werkwoorden.

Voorzetsels

Schrijf op: wat zijn voorzetsels?

Na 1 minuut deel je jouw antwoord met die van degene naast je. Daarna bespreken we deze klassikaal.

Voorzetsel (vz)

Een voorzetsel geeft plaats, tijd of reden/oorzaak aan.

Plaats: op de tafel, naast de stoel, bij de school

Tijd: tijdens de vakantie, na school

Reden/oorzaak: vanwege corona, door jou

Let op; delen van een werkwoord (bijv. aankijken - ik kijk jou aan.) zijn geen voorzetsel, maar bijwoorden.

voorzetsel (vz)

Een voorzetsel herken je:

• staat meestal voor een vnw of lw+znw; in de schuur
• als een vz achter een znw staat, geeft het vaak een richting aan; de lanen uit

Schrijf 6 zinnen met een voorzetsel.

2 zinnen met een voorzetsel van plaats.

2 zinnen met een voorzetsel van tijd.

2 zinnen met een voorzetsel van reden.

(zachtjes overleggen met je buurvrouw/-man mag)

Oefenen

Pak je laptop of je boek erbij, H5 grammatica woordsoorten.

Maken opdracht 1 en 3.

Dit is ook huiswerk voor komende vrijdag 22 april.

Als je hiermee klaar bent, maak je opdracht 2 en 4.

Huiswerk vrijdag 22-4

Grammatica woordsoorten H5 

opdr. 1 en 3

Wat is het voorzetsel in de zin?

'Hij heeft haar tijdens haar feestje geweldige cadeaus gegeven.' 

1. haar
2. tijdens
3. er staat geen voorzetsel in de zin
4. cadeaus

Welk woord is geen voorzetsel?

1. naast
2. voorzichtig
3. vanwege
4. tijdens

van =

1. lidwoord
2. voorzetsel
3. bezittelijk voornaamwoord
4. persoonlijk voornaamwoord

Welk voorzetsel hoort bij kiezen?

1. uit
2. naar
3. met
4. bij

Welke is/zijn een voorzetsel?

1. op
2. gisteren
3. ik
4. in

Wat is GEEN voorzetsel?

1. hier
2. in
3. tussen
4. wegens

Als een voorzetsel bij een splitsbaar werkwoord hoort, noem je het geen voorzetsel.

1. juist
2. niet juist