What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Trede 2 - Leerdoel 1
1 / 45
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
This lesson contains
45 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Aujourd'hui
Gesprekje voeren
Woordzoeker
Woordjes leren
Slide 2 - Slide
Parler
Hoe het gaat
Naam
Leeftijd
Woonplaats
Broers/zussen
Bonus: huisdier
Slide 3 - Slide
Questions
Ça va?
Comment tu t'appelles?
Tu habites où?
Tu as quel âge?
Tu as des frères et des soeurs?
Tu as un animal?
Slide 4 - Slide
Aujourd'hui
Uitleg lidwoorden
Quiz
Slide 5 - Slide
Criteria
Les articles
Je zet bepaalde lidwoorden bij zelfstandige naamwoorden: le, la, l', les.
Je zet onbepaalde lidwoorden bij zelfstandige naamwoorden: un, une, des.
Slide 6 - Slide
Lidwoorden
Wat is een lidwoord?
Welke lidwoorden zijn er in het Nederlands?
Slide 7 - Slide
Lidwoorden
mannelijk
vrouwelijk
meervoud
de/het
le / l'
la / l'
les
een
un
une
des
Slide 8 - Slide
Lidwoorden
NL:
de
/
het
FR:
le
/
la
/
l'
/
les
Wanneer gebruik je welke?
Slide 9 - Slide
Lidwoorden
In het Frans zijn zelfstandige naamwoorden
mannelijk
of
vrouwelijk
.
Mannelijk:
le / l'
Vrouwelijk:
la / l'
Meervoud:
les
Slide 10 - Slide
Lidwoorden
Mannelijk:
le
le
garçon,
le
frère
Vrouwelijk:
la
la
fille,
la
soeur
Slide 11 - Slide
Lidwoorden
Mannelijk:
le
/ l'
Vrouwelijk:
la / l'
l'
hôtel
l'
agenda
Voor een klinker / h veranderen
le
en
la
in
l'
Slide 12 - Slide
Lidwoorden
les
garçon
s
Meervoud:
les
les
hôtel
s
les
fille
s
Slide 13 - Slide
Lidwoorden
NL:
een
FR:
un / une / des
Wanneer gebruik je welke?
Slide 14 - Slide
Lidwoorden
Mannelijk:
un
Vrouwelijk:
une
Meervoud:
des
Slide 15 - Slide
Lidwoorden
Mannelijk:
un
un
garçon,
un
frère
Vrouwelijk:
une
une
fille,
une
soeur
Slide 16 - Slide
Lidwoorden
d
es
garçons
Meervoud:
des
(geen vertaling in NL!)
d
es
hôtels
d
es
filles
Slide 17 - Slide
Lidwoorden
mannelijk
vrouwelijk
meervoud
de/het
le / l'
la / l'
les
een
un
une
des
Slide 18 - Slide
___ mère (de moeder)
A
le
B
la
C
l'
D
les
Slide 19 - Quiz
___ père (de vader)
A
le
B
la
C
l'
D
les
Slide 20 - Quiz
___ hôtel (het hotel)
A
le
B
la
C
l'
D
les
Slide 21 - Quiz
___ tante (een tante)
A
un
B
une
C
des
Slide 22 - Quiz
___ oncle (een oom)
A
un
B
une
C
des
Slide 23 - Quiz
broers
A
les frères
B
des frères
C
frères
D
le frères
Slide 24 - Quiz
Zet in het meervoud:
la soeur
Slide 25 - Open question
Zet in het meervoud:
le cousin
Slide 26 - Open question
Criteria
Des personnes intéressantes
Je gebruikt bijvoeglijke naamwoorden in een beschrijving.
Slide 27 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord
Om iets of iemand te beschrijven, heb je woorden nodig zoals: groot, klein, leuk, aardig, slim, ...
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord
In het Frans past het bijvoeglijk naamwoord zich aan aan het zelfstandig naamwoord.
Slide 28 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: vorm
Mannelijk enkelvoud: -
Vrouwelijk enkelvoud: -
e
Mannelijk meervoud:
-s
Vrouwelijk meervoud:
-es
Slide 29 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: vorm
Mannelijk enkelvoud: -
un
petit
garçon
Vrouwelijk enkelvoud: -
e
Mannelijk meervoud:
-s
Vrouwelijk meervoud:
-es
Slide 30 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: vorm
Mannelijk enkelvoud: -
le
petit
garçon
Vrouwelijk enkelvoud: -
e
la
petit
e
fille
Mannelijk meervoud:
-s
Vrouwelijk meervoud:
-es
Slide 31 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: vorm
Mannelijk enkelvoud: -
le
petit
garçon
Vrouwelijk enkelvoud: -
e
la
petit
e
fille
Mannelijk meervoud:
-s
les
petit
s
garçons
Vrouwelijk meervoud:
-es
Slide 32 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: vorm
Mannelijk enkelvoud: -
le
petit
garçon
Vrouwelijk enkelvoud: -
e
la
petit
e
fille
Mannelijk meervoud:
-s
les
petit
s
garçons
Vrouwelijk meervoud:
-es
les
petit
es
filles
Slide 33 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: vorm
Mannelijk enkelvoud: -
le
petit
garçon
Vrouwelijk enkelvoud: -
e
la
petit
e
fille
Mannelijk meervoud:
-s
les
petit
s
garçons
Vrouwelijk meervoud:
-es
les
petit
es
filles
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
e
meervoud
s
es
Slide 34 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord
vor
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
+ e
meervoud
+ s
+ es
VOORBEELD
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
Arthur est
petit
Sophie est
petit
e
meervoud
Arthur et Jan sont
petit
s
Sophie et Nina sont
petit
es
Slide 35 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord
Let op:
- eindigt een bijv. nw op een
-e
? Dan geen extra
-e
bij de vrouwelijke vorm
un garçon
timide
- une fille
timide
- eindigt een bijv. nw op een
-s
? Dan geen extra
-s
bij mannelijk meervoud
un éléphant
gris
- des éléphants
gris
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
+ e
meervoud
+ s
+ es
Slide 36 - Slide
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een...
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijwoord
D
voorzetsel
Slide 37 - Quiz
Wat is GEEN bijvoeglijk naamwoord ?
A
beau
B
petit
C
qui
D
grand
Slide 38 - Quiz
Welke vorm kan een bijvoeglijk naamwoord hebben?
A
mannelijk
B
mannelijk of vrouwelijk
C
mannelijk of vrouwelijk en enkelvoud
D
mannelijk of vrouwelijk, enkelvoud of meervoud
Slide 39 - Quiz
Sarah est (klein)
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites
Slide 40 - Quiz
J'ai deux chats (noir)
A
noir
B
noire
C
noirs
D
noires
Slide 41 - Quiz
Vertaal en pas aan:
deux (groot) frères
A
grande
B
grands
C
grandes
D
grand
Slide 42 - Quiz
Wat is het juiste bijvoeglijk naamwoord?
Sophie est (français) ........
A
français
B
françaises
C
françaiss
D
française
Slide 43 - Quiz
Les soeurs sont (blond) ... .
A
blond
B
blonds
C
blonde
D
blondes
Slide 44 - Quiz
Révision
Het bijvoeglijk naamwoord kan 4 vormen hebben.
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
Meervoud
grande
grandes
grand
grands
Slide 45 - Drag question
More lessons like this
Trede 2 - Leerdoel 1
November 2021
- Lesson with
21 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Trede 2 - Leerdoel 1
9 days ago
- Lesson with
45 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Les 6 mhv1 lidwoorden
September 2020
- Lesson with
15 slides
Frans
Enseignement Secondaire
Les 24 novembre
November 2022
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Les 1e klas U1 08.10
March 2022
- Lesson with
35 slides
Frans
Basisschool
Groep 8
MHV1 herhaling periode 4
June 2023
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
leçon 27: la forme de l'adjectif_THV2B
January 2024
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
HvH les 3
April 2021
- Lesson with
27 slides
Frans
Basisschool
Groep 8