What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
herhaling onderdeel 1-3 + leesvaardigheid
BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et
bienvenue!!
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et
bienvenue!!
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Mariam
Sarah
Tim
Lucius
Jesse
Nena
Ella
Ruben
Luuk Z
Emma
Tara
Sanne M
Mayla
Sanne L
Roos
Malan
Melle
Jitte
Joel
Yari
Roan
Luuk B
Lucca
Mels
Melati
Amber
Pieter
Tygo
Docent
Slide 3 - Slide
la tâche de début
Grammatica: Het bijvoeglijk naamwoord
Overleg in tweetallen.
vul in: bijvoeglijk naamwoord + plaatsing (voor of achter het zelfst.nw)
Le _____garçon______(beau)
Il porte une ________chemise______(bleu)
Elle est une _______madame______(vieux)
timer
1:00
Slide 4 - Slide
Aujourd'hui
Programme:
La tâche de début
Huiswerk controle
Lessonup: Herhaling onderdeel 1, 2 & 3 + nakijken.
Au travail - leesvaardigheid
Slide 5 - Slide
Huiswerk controle
onderdeel
1, 2 & 3
Pak je grammatica-boekje & laptop en log ondertussen in op lessonup
Slide 6 - Slide
Lessonup inhoud:
Herhaling:
Delend lidwoord
samentrekking à/de
bijvoeglijk naamwoord
Leesvaardigheid
Prenez votre chromebook & log in sur lessonup avec ton propre nom.
Slide 7 - Slide
Grammaire: Delend lidwoord
Je voudrais
tomates, s'il vous plaît.
Je voudrais
beaucoup
oranges, s'il vous plaît.
Je voudrais
250 grammes
bonbons, s'il vous plaît.
Je prends
légumes.
Je ne veux pas
fromage.
J'adore
salade.
de
d'
de
la
de l'
des
des
Slide 8 - Drag question
Sleep de delend lidwoorden naar de juiste zinnen.
du
Je mange ... tomates.
Stephan boit ... eau.
J'achète ... lait.
Elle n'a pas ... devoirs.
On n'a pas ... enfants.
Elles mangent ... poisson
du
d'
de
des
de l'
Slide 9 - Drag question
Je suis à la / à l' / au / aux hôtel.
A
à la
B
au
C
aux
D
à l'
Slide 10 - Quiz
Kies: au / à la / à l' / aux
On va ... aéroport (m).
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 11 - Quiz
Kies: au / à la / à l' / aux
Je vais ......... matchs
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 12 - Quiz
Uitzondering:
Beau, bon, joli
haut, long, petit,
jeune, vieux, grand,
gros, mauvais, méchant,
nouveau, autre, large
La
jolie
fille
Le
petit
enfant.
le
nouveau
livre.
De plaats
In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord
voor
het zelfstandig naamwoord
In het Frans staat het bijvoeglijk naamwoord meestal
achter
het zelfstandig naamwoord:
Het
blonde
meisje. La fille
blonde
De
zwarte
kat Le chat
noir
Slide 13 - Slide
Wat is de juiste plaats vorm het bijvoeglijk naamwoord?
A
C'est une table vieille.
B
C'est une vieille table.
C
C'est vieille une table.
D
Ce vieille est une table.
Slide 14 - Quiz
Wat is de juiste plaats van het bijvoeglijk naamwoord?
A
Il porte un noir jean.
B
Il porte un jean noir.
C
Il porte un jean noirs.
D
Il porte un noires jean.
Slide 15 - Quiz
Zet het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats en in de juiste vorm.
(beau) Une ..... maison ....
Slide 16 - Open question
La femme ________(van de) boulanger (m)
Je suis dan le jardin ________(van het ) hôtel.
Le prof donne une interro ________(aan de) élèves.
il va ________(naar de) marché (m)
C'est une jolie photo ________(van de) garçons.
à midi je mange ________(in de) cantine (v)
Magali va ________(naar het) concert (m).
quel est le prix ________(van de) voiture(v)?
La chambre ________(van de ) parents.
La chambre ________(van het) enfant.
E
Onderdeel 2:
Vertaal de woorden tussen haakjes NF.
Kies uit:
Du, de la, de l', des, au, à la, à l' & aux
Klassikaal nakijken
Slide 17 - Slide
Il préfère porte un ______pantalon ______(vert)
Elle a une _______ chambre _______ (moderne)
Francine porte toujours des_______ jupes _______ (joli)
Alexandre aime lire des _______ livres (m) _______ (intéressant)
Il n'aime pas lire des _______ livres _______ (français)
J'ai acheté une _______ voiture _______ (beau)
Les _______ garçons _______ ont gagné (sportif)
E
Onderdeel 3:
Zet het bijvoeglijk naamwoord in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Klassikaal nakijken
Slide 18 - Slide
Au travail !
Wat?
Maak de opgaven - leesvaardigheid
Met wie en hoe?
- je werkt individueel en in stilte
(zonder laptop)
Tijd?
Klaar?
- Extra oefeningen op classroom
timer
15:00
Slide 19 - Slide
More lessons like this
onderdeel 3: het bijvoeglijk naamwoord
December 2023
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
onderdeel 3: het bijvoeglijk naamwoord
December 2023
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Les adjectifs les 2
February 2021
- Lesson with
28 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
1HV 30/3
March 2021
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
2V 4/3
March 2021
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Het bijvoeglijk naamwoord 1hv 4/3
June 2020
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 3
2S ch2 01022022
February 2022
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2V 14/12/21 B.N
December 2021
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1