T2B1

Thema 2 Voeding en vertering
B1 - Voedingsmiddelen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 2 Voeding en vertering
B1 - Voedingsmiddelen

Slide 1 - Slide

B1 - Voedingsmiddelen
2.1.1 Je kunt de functies van voedingsstoffen en voedingsvezel in voedingsmiddelen noemen.

Slide 2 - Slide

Voedingsmiddelen 
Voedingsmiddelen zijn alle producten die je eet of drinkt.

  • Plantaardige producten


  • Dierlijke producten


afkomstig van (delen van) planten.
Bijvoorbeeld: groente en fruit
afkomstig van (delen van) dieren of producten van dieren.
Bijvoorbeeld: vlees, melk, eieren en vis

Slide 3 - Slide

Voedingsstoffen
Voedingsmiddelen bevatten: 
  • Voedingsstoffen = bruikbare bestanddelen uit voedingsmiddelen. 
  • Voedingsvezels = alle onverteerbare stoffen in plantaardig voedsel


Slide 4 - Slide

Functies van voedingsstoffen 
  • Bouwstoffen zijn nodig voor groei en ontwikkeling.
  • Brandstoffen leveren energie.
  • Reservestoffen worden opgeslagen in bepaalde delen van je lichaam. 
  • Beschermende stoffen beschermen het lichaam. 

Slide 5 - Slide

Voedingsvezels 
Stoffen uit planten die je lichaam niet kan verteren. 
  • zorgen voor een verzadigd (vol) gevoel
  • nodig voor een goede darmwerking. 

Slide 6 - Slide

Opdrachten 
Maken opdracht 1 + 2 + 5 + 6 (blz. 67)
Klaar? Oefenen op biologiepagina.nl 
timer
5:00

Slide 7 - Slide

Druiven zijn een voorbeeld van...
A
Voedingsstoffen
B
Voedingsmiddelen

Slide 8 - Quiz

Wat is geen voedingsstof?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Koolhydraten
D
Vlees

Slide 9 - Quiz

Voedingsmiddelen zijn de producten die je kan eten en drinken.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz


In de afbeelding is een voedingsmiddel weergegeven
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Volkorenbrood
In dit product komt veel voedingsvezel voor.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Is kaas plantaardig of dierlijk?
A
plantaardig voedingsmiddel
B
dierlijk voedingsmiddel

Slide 13 - Quiz

Energie wordt in je lichaam o.a gebruikt voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur.
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz